De laatste dag van onze reis in Bangladesh is aangebroken. Na een goede nacht in hotel Long Beach Suites gaan we vandaag Old Dhaka bezoeken. Reisleider is vandaag Shanto, de jongeman die leiding geeft aan de groep medewerkers die de leemblokken in Shariatpur maken. Hij woont al lang in Dhaka en gaat ons vandaag dus rondleiden.
Het is mooi weer, er is een blauwe lucht te zien dus er is geen sprake van smog. Met de bus rijden we van ons hotel in het noorden van Dhaka naar Old Dhaka in het zuiden. Hier gaan we echt het drukke en luidruchtige verkeer ervaren door plaats te nemen in open paardenkoetsen. De menners van de paarden zijn jonge gasten en de grote wielen van de koetsen blijken maar half met rubber te zijn bedekt. Al ratelend en schommelend slingeren we ons door het verkeer bestaande uit driewieltaxi’s, ontelbare riksja’s en verroeste bussen. Naast de paus die vandaag de stad bezoekt, zijn wij als groep zeker de tweede bezienswaardigheid gezien alle lachende en fotograferende Bengalen die ons op onze tocht volgen.
We houden halt bij de juwelierstraat van Old Dhaka. Zowel mannen als vrouwen dragen hier veel en voornamelijk gouden juwelen, dus dat rechtvaardigt dat er dan een hele juwelierstraat in de stad is gevestigd. Het is meer een steeg met aan weerszijden een diepe goot die zo te zien, maar vooral te ruiken, dienst doet als riool. Op sommige plekken zijn mannen een en ander aan het leegscheppen; het lijkt me dat de geur niet verder nader beschreven hoeft te worden.
Ja, dit is een juweliersstraat. Schrijver dezer blog heeft een jarige dochter vandaag en weet onder belangstelling van de groep en dankzij de rijk gevulde portemonnee van Maarten van Middelkoop een mooi gouden kleinood te bemachtigen met een door hemzelf officieel ondertekend certificaat van echtheid – om ongerustheid over de financiën van Woord en Daad maar gelijk weg te nemen heeft de koper een kwartier later bij een ATM van de Dutch BanglaBank de ontstane schuld weer ingelost.
Opeens zijn we enkele mannen van de groep kwijt, wat gezien hun belangstelling voor alle bijzonderheden die we zien niet vreemd is. Ben en onze reisleider nemen gelijk actie en gaan op zoek naar de afgedwaalde schapen. In deze drukke stad kun je natuurlijk geen risico’s nemen. Het is ook wel fijn dat we morgen als gehele groep weer in Nederland komen. De rest van de groep wacht geduldig af, en ja hoor, daar stappen opeens Baltus en Jan uit een steeg met voor alle vrouwen een guirlande van afrikaantjes. Deze worden door beide heren natuurlijk omstandig bij de dames omgehangen met als gevolg een verkeersopstopping vanwege alle belangstelling die dat oproept bij onze Bengaalse stadgenoten.
Na de kokosnotenhandelaar van enige omzet te hebben voorzien lopen we naar onze volgende attractie van deze dag. Een vaartocht per roeiboot over de rivier. Deze bootjes liggen naast de machtige veerponten die vandaag blijkbaar tevergeefs op passagiers wachten. Beide boottypen maken gebruik van dezelfde steiger met als gevolg dat wij een reuzenstap moeten maken om in het roeibootje te komen. U zult begrijpen dat dit ook onder grote belangstelling gebeurt waarbij lachtsalvo’s klinken bij het instappen van enige ‘gewichtige’ reisgenoten. De vaartocht kan beginnen en uitgezwaaid door een steiger vol jongens en mannen kiezen wij de rust van het ruime sop. Al gauw moeten we dat sop letterlijk nemen want water kun je het echt niet noemen. Wat smerig is het hier zowel op het water als langs de oevers. Dat mensen hier in deze viezigheid kunnen leven, onbegrijpelijk. Niet verwonderlijk worden we dan verderop weer door de roeiers in een vuilnisbelt, onderbroken door enkele moestuintjes, afgezet.
Achter de kademuur ligt de groente- en fruitmarkt. Dat ziet er heel wat beter uit en het is erg leuk om hier overheen te lopen. Wat een vele soorten groenten en fruit worden hier verhandeld. Het is een leven van jewelste. Aan het einde van de markt heeft onze reisleider het ultieme Dhaka-gevoel voor ons in petto. Een tocht per riksja naar het fort. Je kunt met z’n tweeën plaatsnemen, althans dat geldt dan voor Bengalen. Hooggezeten achter de riskja-fietser heb je een prachtig uitzicht over het de straten en het verkeer. Je moet je wel met twee handen vasthouden want de kwaliteit van de straten laat niet toe rustig de krant te lezen.
Het fort is wellicht het oudste deel van Dhaka. Toen het enkele eeuwen geleden werd gerealiseerd diende het als bescherming tegen aanvallen vanuit de langslopende rivier. Maar de loop van de rivier is door de tijd heen veranderd, vandaar dat het fort nu midden in de stad ligt. Aangezien het vandaag de wekelijkse vrije dag in Bangladesh is, zijn er veel mensen in het park rondom het fort. Leuk om te zien hoe ook zij genieten van hun vrije dag en het mooie weer. De Bengalen zijn vrijwel allemaal op en top gekleed en veel meisjes lopen als prinsesjes rond, voorzien van mooie jurkjes en rijkelijk geschminkte snoeten. Ook hier hebben wij en de Bengalen nogal wederzijdse belangstelling voor elkaar wat tot uitdrukking komt in talloze selfie-poses en het beantwoorden van de vraag ‘where do you come from’.
Na zo een uurtje rondgedraald te hebben, verlaten we het park en wringen we ons tussen de stilstaande riksja’s naar onze bus die netjes aan de zijkant van de weg geparkeerd staat. Hoe we hier uit moeten komen is nog wel een vraag maar die wordt al snel beantwoord door de zeer wijze spreuk ‘geduld is een schone zaak’, ofwel in meetbare geduld-eenheden ‘een half uur doen om het parkeervak uit te komen’. Wij hebben echter de tijd. Het is vier uur en we hebben alleen nog het ‘shoppen’ op het programma staan.
We worden door onze buschauffeur bij een bekende shopping-mall afgezet waar we souvenirs kunnen kopen. Het is er zeer druk en de aanleiding is dat op 1 december de kortingsperiode begint. Er wordt wel eens gezegd dat Nederlanders van koopjes houden maar we hebben hier gezien dat Bengalen daar ook niet vies van zijn. Het is schuifelen door de gangpaden en vooral laatstgenoemde spreuk uitoefenen in de rij bij de kassa’s.
Om een uur of zeven zijn we weer bij ons hotel. We hebben daar de mogelijkheid om ons nog even op te frissen voordat we naar een restaurant bij de luchthaven gaan. Onze vlucht gaat namelijk om 00:45 uur op 2 december. Met een heerlijke maaltijd in een mooi hotel besluiten we ons verblijf in Bangladesh. Het was een enerverende, boeiende, mooie en als groep onderling gezellige reis onder leiding van Arjen Bulk die samen met Maarten van Middelkoop de terechte door Hans van Rhijn uitgesproken dankwoorden in ontvangst mocht nemen. Straks begint de lange reis van Dhaka via Dubai naar Amsterdam en we zien uit naar de ontmoeting met de in Nederland achtergebleven gezinnen en familieleden.

Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!