Nieuws en verhalen

Aan Tafel#16 God dienen in de supermarkt

‘God in de supermarkt’. Een tijdje geleden deed ik een cursus die zo heet. Dat klinkt misschien wat oneerbiedig, want wat heeft God te maken met de supermarkt? Daar is Hij toch niet te vinden? Zo mag je daar toch niet over praten?

Geschreven door Aan Tafel! ambassadeur Theanne Boer

Ik denk eigenlijk van wel… Als ik door de supermarkt loop en dingen uit de schappen pak en in mijn karretje leg heeft dat alles te maken met keuzes. Die keuzes hebben weer te maken met wat ik ten diepste vind en geloof. Kort gezegd: wat je koopt in de supermarkt draagt wel of niet bij aan gerechtigheid. Je kunt ermee recht doen. Recht aan de schepping en recht aan je naaste. Dat is het goede nieuws. Het minder goede nieuws is: recht doen met je boodschappen kost geld. Zo zit onze gebroken wereld nu eenmaal in elkaar. Recht doen kost geld. Maar het is de vraag hoe erg dat is. Je kunt je hogere kassabon compenseren met bezuinigingen op andere terreinen. Dat kan, is mijn ervaring, maar je moet dat wel echt willen.

De cursus ‘God in de supermarkt’ is bedacht door twee christenmannen die veel studie hebben gemaakt van supermarktproducten en de impact daarvan op het milieu. Tijdens de tweede cursusavond doe je een test waaruit blijkt hoe groot jouw voedselafdruk is. Die van mij was niet hoog maar zeker ook niet laag.
Toen ik thuis de test nog eens goed bestudeerde kwam ik tot de sombere conclusie: alles waar ik van geniet, is slecht voor het milieu. Koffie, alcohol, kaas en vlees: als je je voedselafdruk zo klein mogelijk wil maken moet je veganistisch eten en op de fiets je boodschappen doen.

Maar goed. Zo ver ben ik nog niet. Ik hou nog teveel van koffie, van kaas en van een wijntje in het weekend. Ik woon op het platteland en een keer in de week ga ik met de auto naar de supermarkt. En dan begint de keuzestress. Kies ik de goedkoopste pindakaas omdat dat bij ons thuis veel gegeten wordt? Of kies ik voor de lekkerste (smeuïg tot op de bodem ;)? Of kies ik voor de variant die rekening heeft gehouden met de arbeiders (fair trade) of met het milieu (biologisch)? Die laatste twee opties zijn uiteraard duurder. Of eigenlijk is het zo dat de eerste twee te goedkoop zijn…

Toen ik daarover klaagde bij mijn echtgenoot, die nogal van de radicale is en zeer van het Godsvertrouwen (ja, dat heeft ermee te maken!), zei hij: wat mij betreft kies je altijd voor biologisch of fair trade. Gewoon altijd. Ongeacht de prijs.
Ok, fijn zo’n duidelijke vent in huis. En zelf voegde ik daar nog drie andere keuzes aan toe: zo puur mogelijk, zonder toevoegingen (dan kom je uit bij Zaanse mayonaise bijvoorbeeld en bij naturel chips), zo weinig mogelijk verpakking (en zeker geen aluminium – chips! Speculaas!) en lokaal geproduceerd.

Sindsdien is bij mij het boodschappenpatroon veranderd. We hebben een lokaal geteeld biologisch groente-abonnement. Kaas (sorry, ik kan niet zonder) kopen we bij de lokale kaasboerderij. We hebben een deel van een koe gekocht, die bij een zorgboerderij hier op het dorp in de wei gelopen heeft – dat ligt nu bij ons in de vriezer en meer vlees mogen we per jaar niet eten (best moeilijk…). Kip koop ik niet meer, want dat is biologisch peperduur (waarom eigenlijk?). Eieren, aardappels en appels koop ik bij stalletjes aan de weg – da’s dan weer het voordeel van het platteland. Brood kopen we bij de bakker (veel duurder) gemaakt van lokaal geteeld graan. En verder dus zoveel mogelijk biologisch en fair trade in de supermarkt

Waar ben ik op gaan besparen? Op wasmiddel en schoonmaakmiddelen, want die maak ik nu zelf. Op pakjes en zakjes, die ik bijna niet meer gebruik. Op vlees, dat we veel minder eten. En op alcohol, sap en frisdrank, dat nu bij feesten en partijen hoort. Ook ga ik vaker naar de markt, voor fruit, noten en rozijnen zonder verpakking.

Natuurlijk denk ik nog weleens: mwah, geen zin om na te denken, of een deur verderop te gaan. Ik neem toch die appels uit Nieuw-Zeeland, of die goedkope sperzieboontjes. Of dat snelle zakje ‘witte saus’ of ‘stamppotjus’. Chips is biologisch of lokaal geproduceerd erg duur, dus nou ja, dan het huismerk maar. ‘Wees niet al te wijs en niet al te rechtvaardig’, zegt de Prediker gelukkig…

Boer Elmer uit Guatemala: ‘Onze coöperatie is goed voor het hele dorp’

Elmer is een enthousiaste boer. Het hele jaar is hij druk met de verbouw van maïs en peulen. Elmer is getrouwd en heeft vier kinderen. Die kan hij onderhouden dankzij de opbrengsten van zijn oogst. Sinds hij deelneemt aan de boerencoöperatie in het dorp, zijn de omstandigheden verbeterd.

Elmer heeft 0,7 hectare land. Samen met andere boeren vormt Elmer een coöperatie om te werken aan kwaliteit en eerlijke prijzen. ‘Als kleine zelfstandige boer sta je er alleen voor, met een coöperatie pak je het samen aan.’

De vereniging levert niet alleen meer zekerheid, de inkomsten gaan ook omhoog. ‘Doordat we zijn georganiseerd in een vereniging, kon ik een Fair Trade certificaat krijgen. Hierdoor krijg ik bijna het dubbele voor de peulen.’ De winst gebruikte Elmer voor een auto voor het gezin, aanpassingen in huis en het onderwijs voor zijn kinderen.

In het dorp El Astillero, Guatemala, wonen zo’n 3.000 mensen. ‘Mijn kinderen gaan hier naar school. Toen we hoorden dat het dak zo lek was, dat de kinderen nat werden als het regent, hebben we besloten iets te doen. Met de coöperatie hebben we toen het dak laten vervangen. Daarnaast ondersteunen we de lokale kerken en zorgen we voor het onderhoud aan de toegangswegen. Zo is onze coöperatie goed voor het hele dorp!’

Woord en Daad zet zich in voor faire gemeenschappen waarin iedere schakel, óók de kleine boer zoals Elmer, een gelijkwaardige plek heeft. Onder de titel ‘Hoe fair wilt u gaan? voeren we actie voor verschillende projecten op het gebied van inclusieve ketens en faire gemeenschappen in Bangladesh, Benin, Burkina Faso, Ethiopië, Guatemala, Madagaskar en Sierra Leone. Uw bijdrage hiervoor is van harte welkom!

Meer informatie

Opnieuw groei voor Woord en Daad, dankzij vernieuwende aanpak

Woord en Daad heeft 2017 afgesloten met een lichte groei van 1 procent. De totale inkomsten bedroegen € 34.862.559, zo blijkt uit het deze week gepubliceerde Jaarverslag 2017, ‘Stroomopwaarts’. In het achterliggende jaar presenteerde Woord en Daad onder andere het Job Booster-programma, waarmee de organisatie een grote subsidie (ruim € 5,9 miljoen) van de Noorse overheid (NORAD) wist binnen te halen. Ook de inkomsten uit de Woord en Daad-kringloopwinkels namen een grote vlucht.

Voor het tweede jaar sinds de MFS-subsidie van de Nederlandse overheid wegviel (in 2015), weet Woord en Daad groei te realiseren. ‘We zien daarin dat we met onze nieuwe, projectmatige werkwijze, op het juiste spoor zitten’, aldus de Raad van Bestuur. ‘Dankzij onze nieuwe mogelijkheden om gekwalificeerde teams van Woord en Daad-medewerkers, partnerorganisaties en externen te vormen, kunnen we snel en slagvaardig inhaken op kansen die we zien of die als organisatie op ons pad komen.’ Het resulteerde in 2017 bijvoorbeeld ook in een toegekende subsidie van Fonds Duurzaam Water (€ 1,7 miljoen) voor een irrigatieproject in Burkina Faso. Door de ontwikkeling van betere watervoorzieningen zullen de landbouwopbrengsten van boeren fors verhoogd kunnen worden, waardoor ze uit de armoede kunnen groeien.

Het projectmatig samenwerken is nieuw en uitdagend. ‘Door tegen de stroom in te roeien, willen we dicht bij de bron blijven om vanuit die bron ons werk te blijven doen,’ aldus de Raad van Bestuur. ‘Daarom kozen we als motto voor ons jaarverslag: Stroomopwaarts.’ Verbinding is hierbij het sleutelwoord.

Nieuw in 2017 was het Job Booster-programma, een programma dat met een vernieuwende, marktgerichte aanpak, jongeren aan een baan helpt in diverse landen zoals Ethiopië en India. Doelstelling is dat in vijf jaar tijd voor 100.000 jongeren in werk voorzien wordt, dankzij een relevant netwerk van onze vakscholen en lokale bedrijven. Daarnaast heeft Woord en Daad in 2017 samen met Driestar Educatief hard gewerkt aan de realisatie van INCE, een internationaal netwerk voor christelijk onderwijs. Op een duurzame manier wordt het christelijk onderwijs wereldwijd versterkt door het trainen van docenten, adviseren van scholen en ontwikkelen van kwaliteitssystemen en het beïnvloeden van het overheidsbeleid. Dit komt ten goede aan de 37.785 kinderen die via de scholen van de partnerorganisaties van Woord en Daad onderwijs volgen.

Door ondernemerschap werd er in Ethiopië samengewerkt aan de beschikbaarheid van water. Daarnaast werden er 32.778 mensen in diverse landen getraind en voorgelicht over water, sanitatie en hygiëne. Kwaliteitsverbetering, duurzaamheid en een marktgerichte benadering vormden in 2017 de rode draad in het werk van Woord en Daad.

Meer informatie en impactverhalen zijn te lezen in het online jaarverslag: jaarverslag.woordendaad.nl.

Presentatie over het werk van Woord en Daad

Speciaal bezoek op de Koningin Wilhelminaschool in Hardinxveld-Giessendam.

Kinderen van groep 1/ 2 en groep 2 van juf Molenaar en juf Groeneveld van de Koningin Wilhelminaschool in Hardinxveld-Giessendam kregen begin maart speciaal bezoek in de klas. Rina Molenaar, zus van de juf, kwam namelijk een mooie presentatie geven over het werk van Woord en Daad.

Muisstil hebben de leerlingen geluisterd!
En ze hadden zelf ook hun best gedaan! Prachtig versierde tuktukspaarpotten kwamen terug naar kantoor, met een gift van in totaal € 17,25.

Heel erg bedankt, jongens en meisjes!

 

Drops4Crops: Met innovatief waterprogramma grote impact realiseren

Water is leven. Druppelsgewijs stromen van zegen. Bij Woord en Daad heet dat Drops4Crops, nadat we in het voorjaar van 2017 een grote subsidie ontvingen. Het betreft om een innovatief programma voor druppelirrigatie op basis van zonne-energie. Vijf vragen aan Wim Simonse over Drops4Crops.

Het lijkt erop dat Woord en Daad met dit project een nieuwe afslag neemt?
Dat klopt. Circa drie jaar geleden maakten we binnen onze agrarisch-economische programma’s een omslag van meer traditionele activiteiten zoals distributie en opslag, met verbeterde landbouwmethodes, naar activiteiten waar op grotere schaal geld mee te verdienen valt door en voor de bevolking. Daaruit is toen onder meer groenteverbouw naar voren gekomen. Maar grootschaligheid kan alleen succesvol zijn als je het ook weer ‘kwijt’ kunt. Aan de markt. Dus zelf heb ik steeds benadrukt: het moet vermarkt worden. En dat kan alleen maar als wij weten wat de boeren willen. Daar hadden we voorheen minder aandacht voor; het is een nieuw aspect in ons werk.

Welke problemen zie je in Burkina Faso?
Als je de boeren vraagt: wat houd je bezig? Dan horen we: we willen goed onderwijs voor onze kinderen, betere huisvesting en gezondheidszorg, investeringen in landbouw. Allemaal basale en broodnodige zaken. Ze liggen niet buiten het bereik, maar een eerste vereiste is wel dat boeren een hoger inkomen realiseren. De verkoopprijs staat vaak onder druk, want omdat het maar kortdurend regent produceert én verkoopt iedereen zijn oogst in dezelfde periode. Dat drukt natuurlijk de prijs. Het handwerk is zwaar; dat beperkt grootschaligheid. Land is lastig te krijgen vanwege problemen met landrechten. En eigenlijk is het water, de primaire vereiste, maar beperkt beschikbaar. Hoe kun je de beperkte neerslag zo lang mogelijk ‘vasthouden’? Dat blijkt niet eenvoudig. Putten vallen droog, reservoirs drogen op, teveel water wordt vermorst. Voorwaarde is dus een slimme manier van omgaan met water: duurzaam waterbeheer.

Daarmee heb je dus meteen de twee pijlers van het project te pakken?
Inderdaad! Je hebt enerzijds de zakelijke kant: ik wil meer produceren. En je hebt anderzijds het publieke belang van water en duurzaamheid. Zodat we over vijftig jaar nog steeds genoeg water hebben in het gebied. Ik ben ervan overtuigd dat we op basis van deze uitgangspunten in het programma Drops4Crops een groot verschil kunnen maken.

Het heeft geleid tot een samenwerking met ASPMY. Wat zijn jullie ambities?
Vijftien jaar geleden hebben zij al een netwerk opgezet, voor een aanzienlijk deel bestaande uit vrouwen. Ik was daar heel enthousiast over, omdat zij al georganiseerd zijn, goed in marketing, en ‘onze’ boeren konden aanhaken. Precies wat we nodig hebben. In de komende zeven jaar willen we een productiestijging van 35 procent realiseren, in de uien- en aardappelteelt. Onderdeel van het programma is dus ook verdubbeling van de beschikbare landbouwgrond. En gelijktijdig werken we aan betere watervoorzieningen.

Wat heeft een boerin uit Burkina Faso eraan?
Stelt dat ze nu één plot (350 m2) landbouwgrond heeft. Dat levert 1000 kilo uien op en een opbrengst van € 250. Stelt dat ze een pomp en irrigatieset voor € 1000 aanschaft, dan heeft ze die in vier jaar terugverdiend. Stel nou dat ze haar land weet uit te breiden naar twee of drie plots – en dat is mogelijk! – dan heeft ze het veel sneller terugverdiend. Kortom, dát is de potentie van Drops4Crops!

DOELEN

  • Meer landbouwgrond in gebruik: van 126 naar 285 hectare
  • Meer uienproductie: van 1000 naar 4300 ton
  • meer aardappelproductie: van 300 naar 1000 ton
  • Inkomensverbetering: 500 euro per jaar per boer

 

INCE: Nationale onderwijsnetwerken met internationale allure

Eerlijk duurt het langst. Hoewel we al heel lang docenten trainen via de onderwijsprogramma’s, viel de impact tegen. Dat leidde tot het International Network of Christian Education (INCE). Greetje Urban beantwoordt zeven vragen over INCE in Burkina Faso.

Hoe zou je de ambitie van INCE omschrijven?
Met het INCE-programma willen we op een duurzame manier christelijk onderwijs wereldwijd versterken. Dat doen we door het samenbrengen van verschillende spelers, beïnvloeden van overheidsbeleid, trainen van docenten, adviseren van scholen, ontwikkeling van kwaliteit en certificeringssystemen. Uiteindelijk dus het begeleiden van kinderen en jongeren naar een volwaardige positie in de maatschappij.

Wat is de bedoeling van INCE?
Met onze onderwijsprogramma’s meer impact hebben. Dat is het doel van INCE. Woord en Daad deed altijd al aan onderwijstraining. Voorheen waren dat vaak losse, op zichzelf staande programma’s. Vooral ook gericht op bestaande docenten. Met INCE brengen we dit werk op een hoger plan, in nauwe samenwerking met Driestar Educatief.

Wat houdt INCE eigenlijk in?
INCE bestaat uit drie onderdelen. 1. Het werkt aan de versterking van lerarenopleidingen voor nieuwe docenten en bijscholingsmogelijkheden voor bestaande leraren. 2. Het zet een onderwijsadviesdienst op, iets dat we in Nederland al kennen (bijvoorbeeld Driestar Educatief) maar wat in veel ontwikkelingslanden nog onbekend is. 3. We gaan beleidsbeïnvloeding doen. Let op: INCE is een nieuw netwerk, maar samengesteld uit bestaande organisaties. We bouwen (zoveel mogelijk) voort op wat er al is en zo proberen we dat sterker te maken.

En wat is beleidsbeïnvloeding precies?
De overheid gaat over het onderwijs, ook in Burkina Faso. Als we iets ten goede willen veranderen, hebben we de overheid dus nodig. We beïnvloeden zogezegd de regels van de overheid. Wij zouden bijvoorbeeld graag willen dat het verplicht wordt om eerst je middelbare school af te ronden voordat je naar de lerarenopleiding gaat. Nu hoeft dat nog niet in Burkina Faso. Dat heeft natuurlijk nadelige gevolgen voor de kwaliteit van de scholen.

Waarom begint INCE in Burkina Faso?
In 2016 hebben we vooronderzoek gedaan. Onze partners konden aangeven of ze mee wilden doen. Onze partners in Burkina Faso gaven aan dat ze graag meededen. Voor Woord en Daad speelt mee dat we daar al drie partners hebben met een onderwijsprogramma en onderwijsnetwerk en die ook nog eens samenwerken met een christelijke lerarenopleiding (Efore). Dat bij elkaar maakt het voor ons tot een mooi startproject, waar we dus – zoals gezegd – kunnen voortbouwen op bestaande voorzieningen.

Partners zijn dus positief, maar wat vinden de scholen zelf?
Ook dat hebben we natuurlijk onderzocht. We zijn bij 20 scholen langsgegaan en hebben gezocht naar de zwaktes. Onderwijsverbetering is broodnodig en scholen zien dat. Scholen zijn dus heel geïnteresseerd in ons plan, maar je merkt wel de spanning: ze hebben weinig budget voor kwaliteitsverbetering. Daar ligt een uitdaging, want INCE moet zich terugverdienen. Voor de komende tijd vraagt dat zeker onze aandacht nog.

En, het allerbelangrijkste, wat hebben de kinderen eraan?
Voor mij is het doel dat kinderen écht gaan leren. Je ziet vaak dat ze van school komen en nog nauwelijks kunnen lezen. Methodes zijn niet effectief, klassen zijn te groot en de persoonlijke aandacht is dus te beperkt. Docenten kunnen zelf soms niet eens goed de taal waarin wordt lesgegeven. In zo’n situatie word ik heel blij van een docente die goed is in haar vak en kiest voor een ‘slechte’ school. Zo’n docente en haar school help ik graag om haar werk nog beter te maken.

DOELEN

  • 250 scholen > kwaliteitsverbetering door training en coaching van het onderwijsteam
  • 5 lerarenopleidingen > kwaliteitsverbetering en de opzet van een onderwijsadviesdienst
  • 5 effectieve onderwijsmethodes > ontwikkeling voor thema’s als lezen en schrijven, rekenen en christelijk onderwijs
  • 3 regio’s > effectiever onderwijsbeleid van de overheid.

Job Booster Ethiopië: Kansen genoeg!

Twee miljoen jongeren komen jaarlijks van school in Ethiopië. Deze jongeren hebben de toekomst. Daarom investeert Woord en Daad in Job Booster in Ethiopië: het matchen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Collega Ineke Bergsma was een aantal weken geleden in Ethiopië om te kijken hoe het project zich sinds vorig jaar ontwikkeld heeft en hoe het zich door kan ontwikkelen.

Uitdagingen in Afrika

Ineke vertelt: ‘In Ethiopië zijn we aan het begin van 2017 gestart met de Job Booster. We richten ons op de inzetbaarheid van jongeren die de arbeidsmarkt op willen.’ In veel Afrikaanse landen is er grote behoefte aan getrainde jongeren die kunnen meewerken om bedrijven en de welvaart verder te laten groeien. Daarnaast groeit de Afrikaanse bevolking hard, en dit zal naar verwachting de komende 30 jaar zo blijven. Dat betekent een hoop mogelijkheden als de jonge generatie goed mee kan draaien in de economie. Tegelijkertijd is er potentie voor onrust en frustratie onder jongeren als zij geen goed werk kunnen vinden, of als door droogte er niet altijd genoeg voedsel geproduceerd kan worden. In veel landen zien we dat jongeren om die redenen naar grote steden of zelf naar het buitenland trekken om daar iets op te bouwen.

Deze problemen spelen in heel Afrika, maar zijn ook te vertalen naar het land Ethiopië. ‘Ethiopië is een land dat voorheen erg gericht was op landbouw. De overheid heeft een proces van industrialisatie ingezet waarbij ze inzetten op industrieparken. In een park werken grofweg tussen de 20,000 en de 100,000 werknemers. Er zijn er inmiddels al vier in gebruik, en er komen er nog minstens het dubbele bij.’ Het is hard nodig om jongeren te betrekken in deze snelle ontwikkeling. ‘Ethiopië heeft meer dan 100 miljoen inwoners. Op dit moment komen elk jaar twee miljoen nieuwe jongeren de arbeidsmarkt op.’

De overgang van Woord en Daad

Het land staat voor een grote uitdaging, zo veel is wel duidelijk. Des te meer reden voor Woord en Daad om zich hier op grotere schaal mee bezig te houden. ‘De tijd dat Woord en Daad in Ethiopië actief is, steunen we drie vakscholen, die ook grotendeels gefinancierd worden.’ Een andere, grootschaligere aanpak was echter nodig. ‘We zijn gaan kijken of je niet alleen je eigen vakscholen beter bij de markt kunt laten aansluiten, maar dit ook kan doen bij scholen die al door de overheid of andere partijen gesteund worden. Als daar ingangen gevonden kunnen worden, kunnen jongeren sneller de arbeidsmarkt op.’ Op deze manier kwam Woord en Daad terecht bij de Job Booster.

Hoe de Job Booster gestart is

Vorig jaar is de Job Booster in Ethiopië gestart. ‘De coördinator heeft gekeken hoe hij kan schakelen tussen industrieën en vakscholen. Zijn doel is het maken van deals tussen deze vakscholen en de markt. Hij inventariseert in het bedrijfsleven om te kijken wat voor mensen de komende jaren nodig zijn, waarna hij dit bij vakscholen neerlegt om te kijken of zij dit kunnen leveren. Trainingen worden aangepast zodat jongeren na hun training direct de bedrijven instromen. Voorheen richtte Woord en Daad zich vooral op de vakschool en keken we van daaruit naar de arbeidsmarkt, nu is het proces volledig vraaggestuurd.’ We verbinden jongeren en werk aan elkaar. Hierbij is de vraag vanuit de markt leidend. Inmiddels zijn de eerste deals met bedrijven gemaakt en de eerste jongeren geplaatst!

Wilt u ook bijdragen aan dit prachtige project om jongeren kansen te bieden? Vul dan onder deze blog het formulier in!

Job Booster: nieuw perspectief op banengroei

‘Met een beurs op zak, leren voor een vak’. Jarenlang was dat een gevleugelde uitspraak binnen Woord en Daad. Met het nieuwe Job Booster-programma willen we in vijf jaar maar liefst 100.000 mensen aan het werk hebben. Desnoods zonder de eigen vakschool. Een nieuw perspectief, geschetst door Marc de Leeuw.

1. Wat is de Job Booster?
Het woord zegt het al: we willen een boost geven aan banen. Om levens van mensen blijvend te veranderen, de lokale arbeidsmarkt een impuls te geven en daarmee werkgelegenheid in eigen land te creëren. In samenwerking met lokale partners vervullen we met Job Booster een schakelfunctie tussen bedrijven, werkzoekenden en vakscholen. Uitgangspunt daarbij is de markt. Het begint met een verkenning. We gaan concreet in gesprek met bedrijven: welke mensen hebben zij nodig? Vervolgens passen wij ons onderwijs en onze trainingen daarop aan, we zoeken samenwerking met andere scholen en koppelen werkzoekenden aan deze banen. Waar Woord en Daad tot nu toe zo’n 4.000 jongeren per jaar aan werk kan helpen, zal dit met met de JobBooster toenemen tot twintigduizend jongeren op jaarbasis. Een vervijfvoudiging dus.

2. Woord en Daad deed dit werk toch al?
Ja en nee. De insteek verandert van ‘zoveel mogelijk mensen opleiden en dan aan werk helpen’ naar ‘zoveel mogelijk mensen aan werk helpen en zo nodig opleiden’. Tot nu toe probeerden we jongeren via de bestaande vakscholen van onze huidige partners aan werk te helpen. Opleiden wordt met Job Booster efficiënter omdat bedrijven feedback geven op het onderwijs. Een Ethiopische meubelmaker liet ons bijvoorbeeld weten dat hij materialen uit Azië importeert omdat onze vakscholen niet de vakmensen leveren die hij nodig heeft. Confronterend, maar geen reden om bij de pakken neer te zitten.

3. En de vakscholen dan?
De vakscholen blijven belangrijk. Dit intensieve onderwijs is vooral voor de vorming van jongeren onmisbaar. De Job Booster is daarom geen vervanging van de vakscholen, maar een aanvulling erop. Het programma dat we in Burkina Faso starten, dankzij een grote subsidie van de Noorse overheid, doen we bijvoorbeeld met twintig vakscholen, waaronder de scholen van onze partners CREDO en AEAD.

4. Hoe werkt de Job Booster in India?
In 2017 zijn we, behalve in Burkina Faso en Ethiopië, ook gestart in India met de Job Booster-aanpak. We zijn in contact gekomen met Punitha Gibson, iemand die haar sporen heeft verdiend in de wereld van HRM. Met haar enorme netwerk in het bedrijfsleven is zij is voor ons een belangrijke schakel om de Job Booster te laten werken. Eén van haar relaties zocht veel nieuwe mensen voor koeriersdiensten. Via het netwerk van partner WDI hebben we jongeren geworven die bereid waren om ‘incompany’-training bij het bedrijf te volgen. De eerste honderd zijn inmiddels aan de slag, binnenkort zullen – waarschijnlijk – opnieuw enkele honderden volgen. Het mooie is: deze aanpak kost ons nauwelijks iets, omdat de bedrijven het zelf betalen. Het voorbeeld laat zien hoe divers de Job Booster toegepast wordt. In Burkina Faso zoeken we samenwerking met twintig vakscholen, in India boeken we successen door training via bedrijven zelf. En misschien zullen we ook in India nieuwe samenwerkingen met scholen aangaan.

DOELEN
In vijf jaar tijd 100.000 mensen een baan. Waaronder:

  • Ethiopië            : 27.000
  • Colombia         :   6.000
  • Tsjaad                : 36.000
  • Burkina Faso : 15.000

 

Event Adopteer een SDG LIVE 29 maart 2018

Zes maanden geleden ging de campagne Adopteer een SDG van start. Op donderdag 29 maart vieren we dat de campagne een half jaar draait. Tenminste 17 Kamerleden hopen hierbij aanwezig te zijn, van zeven politieke partijen en uit meerdere Vaste Kamercommissies. Deze Kamerleden gaan met elkaar en met maatschappelijke organisaties in debat. Doet Nederland het goed als het gaat om de SDGs? Waar is extra inzet vereist? Wat doet Nederland aan het bestrijden van extreme armoede wereldwijd? Hoe staat het met de ecologische voetafdruk van Nederland? Hebben andere landen baat bij de samenwerking met Nederland? Of hebben ze juist onder ons te lijden? De mogelijkheid om te ontdekken of Kamerleden van oppositie en coalitie samenwerken om de doelen te halen, of juist heel verschillende ideeën en strategieën hebben.

Doel van de bijeenkomst is dat

  • Kamerleden laten zien welke concrete politieke acties we van hen kunnen verwachten
  • Maatschappelijke organisaties aangeven wat ze daaraan bij kunnen dragen met hun kennis en ervaring hoe ze de Kamerleden tot actie aanzetten.

Tijdens de bijeenkomst zal ook een 24ste Tweede Kamerlid als adoptieouder verwelkomd worden. Wie dat is en welke SDG geadopteerd wordt, houden we nog even geheim.

Over de campagne

23 Tweede Kamerleden zijn de uitdaging aangegaan om zich politiek voor een of meerdere Sustainable Development Goals (SDGs, of Duurzame Werelddoelen) in te zetten. Bijvoorbeeld voor schoon drinkwater wereldwijd, duurzame productie en consumptie, armoedebestrijding of behoud van ecosystemen. Deze Kamerleden laten zien dat ze de duurzame agenda serieus nemen: Nederland moet op alle fronten bijdragen aan duurzame ontwikkeling, zowel eigen land als over de grens. Er is geen tijd te verliezen. 2030 is de voorlopige horizon, maar in de tussentijd moet er nog veel gebeuren.

Tientallen maatschappelijke organisaties nemen deel aan de campagne. Zij volgen de Kamerleden kritisch. Maar ook geven zij aan de Kamerleden constructief advies, bijvoorbeeld in de aanloop naar een debat of bij de behandeling van een wetsvoorstel.

Wat?             Adopteer een SDG LIVE

Wie?             17 Kamerleden, tientallen maatschappelijke organisaties, debatleider Kido Koenig

Waar?           Dudok Den Haag, Hofweg 1a

Wanneer?  Donderdag 29 maart

Hoe laat?    15.30 – 17.00 (inloop vanaf 15.00 uur, borrel na afloop)


Meer informatie

Aan Tafel#15 Op de bres voor de voedselbank

“Bij de voedselbank is vaak een tekort aan verse groente en fruit, terwijl we veel voedsel verspillen. Die tegenstelling wil ik terugdringen” zegt minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Lees in dit Aan Tafel! bericht hoe je zelf aan de slag kunt met twee toffe acties!

Geschreven door Aan Tafel! ambassadeur Marleen van Dienst

Wat is er aan de hand?

Het voeden van de wereld begint ook bij ons thuis. Nog steeds groeien kinderen in Nederland op zonder genoeg voedzaam eten. De voedbanken in Nederland verstrekken wekelijks 30.000 voedselpakketten. Helaas is er vaak te weinig verse groente en fruit beschikbaar. Terwijl we een derde van ons voedsel (waarvan veel groente en fruit) verspillen. Dat is een schrijnende tegenstelling! Er gaat al wat voedsel via de achterkant van supermarkten naar de voedselbank. Alleen nog niet zoveel. Bij de Albert Heijn-winkels gaat het om slechts 2% van het voedsel dat niet verkocht is.

Wat kan ik doen?

Het tegengaan van voedselverspilling is goed voor je medemens ver weg. (Vergeten hoe dat ook al weer zat? Lees het hier terug). De volgende twee acties helpen juist je medemens dichterbij. Hier komen ze:

Actie 1: Ruim je kast op en geef weg

De voorraadkast in huis is soms boordevol. Als je meedoet met acties van ‘twee halen, een betalen’ blijft het extra product regelmatig in de kast liggen. Of misschien vind je in een vergeten hoekje allerlei producten uit het kerstpakket van vorig jaar. Tijd om ‘es op te ruimen! Verzamel al die producten, zoek op internet de dichtstbijzijnde voedselbank en breng het langs!

Actie 2: Zet je in bij de voedselbank

Bij de voedselbank bij mij in de buurt worden op donderdagochtend de pakketten samengesteld. Een uitgelezen kans om dit eens met eigen ogen te zien; na aanmelden ben je van harte welkom. Wist je dat het volledig draait op vrijwilligers? Het is in de Keilestraat in Rotterdam dan ook hard werken. Grote hoeveelheden voedsel komen binnen en moeten vervolgens weer verdeeld worden over verschillende uitdeelpunten in Rotterdam. Op dit moment worden er ongeveer 7600 gezinnen in de regio Rotterdam voorzien van een voedselpakket. Wat een prachtig werk. Ben je al enthousiast?

Wil je meer inspiratie?

We delen elke twee weken een Aan Tafel! bericht met leuke tips en recepten over duurzaam voedsel en het tegengaan van voedselverspilling. Wil je een seintje bij een nieuw bericht? Laat je naam en e-mailadres achter via het formulier op deze pagina en draag jouw steentje bij aan een duurzamer wereld!

‘Verschil maken voor één klein vriendje op de wereld’

‘Mijn kleine vriend woont in Benin én hij woont in mijn hart. Ik stuur hem regelmatig een kaartje en twee keer per jaar stuur ik aan hem een pakketje. Op dit moment kan hij christelijk onderwijs volgen en op weg gaan naar een (eeuwig) leven. Zo kan er verschil gemaakt worden voor één klein vriendje op de wereld.’

Linda Kerpel is de trotse sponsor van Zoulkiful Affouda uit Benin. Ze vertelt waarom ze een kind sponsort via Woord en Daad en wat dit voor haar betekent.

Linda: ‘Het is voor mij van belang dat ik iets bijdraag voor mensen die veel minder hebben dan wij. Dit kan op heel veel manieren. En het sponsoren van Zoulkiful is eigenlijk wel zo gemakkelijk dat dat het minste is wat wij hier in Nederland kunnen doen. Tenminste, zo voelt het voor mij. Alles wordt geregeld, je betaalt er alleen geld voor. Hoe mooi is het dat je daar gewoon een kind mee kan helpen? Het is er maar eentje, maar alsnog. Dat doe ik echt met liefde.’

Christelijk onderwijs

‘Een foto van Zoulkiful staat in mijn kast’, vervolgt Linda. ‘Maar daarnaast heeft hij ook een plekje in mijn hart. Ik stuur hem regelmatig een kaartje en twee keer per jaar stuur ik hem een pakketje. Op dit moment kan hij christelijk onderwijs volgen en op weg gaan naar een (eeuwig) leven. Daarom koos ik voor Woord en Daad.’

Ten slotte: ‘Of ik speciaal voor Benin heb gekozen? Nee, dat niet. Ik wilde het sponsoren van een kind al een tijdje en toen heb ik gewoon gekozen voor een klein kindje, des te langer kan ik hem sponsoren.’

Lijkt het u/jou ook mooi om een kind te sponsoren en op die manier een steentje bij te dragen aan armoedebestrijding?

Meld je aan voor sponsoring

Of vraag vrijblijvend meer informatie aan.

Een nieuw logo en een nieuwe huisstijl!

Woord en Daad heeft een nieuw logo! Daar willen we u graag iets over vertellen.

Woord en Daad verbindt mensen wereldwijd: donateurs, vrijwilligers, sponsors, onderwijsinstellingen, ondernemers en vele anderen. Samen met u, en met alle kennis en ervaring in dit netwerk, zetten we innovatieve projecten op. Zo geven we duizenden mensen nieuwe hoop en kansen om armoede te ontstijgen. Wij zijn voortdurend in beweging omdat de wereld om ons heen snel verandert. Ons nieuwe logo straalt dit uit: we zijn verbonden, én in beweging.

In 2018 zult u ons oude logo nog wel eens tegenkomen op ons drukwerk. Want we willen duurzaam omgaan met onze materialen en maken zoveel mogelijk onze oude voorraden op. Woord en Daad is een bijbelgetrouwe stichting. Elk kind, elke man en vrouw is waardevol als schepsel van God. Daarom bieden we hen – samen met u – ondersteuning om uiteindelijk een menswaardig, zelfstandig bestaan op te bouwen. Zo streven we naar zichtbare tekenen van Gods komend Koninkrijk.

Geerlize in actie voor Ethiopië!

Eén van de leerlingen uit groep 7 van de School met de Bijbel in Streefkerk, Geerlize Bakker las in de Verrekijker over leeftijdsgenoten in Ethiopië. De situatie waarin zij leven liet haar niet los en daarom is ze aan de slag gegaan. Ze heeft allerlei klusjes e.d. gedaan en heeft een mooi bedrag van €166,- opgehaald!

De juf van Geerlize heeft deze actie doorgegeven aan Woord en Daad en zodoende kwam één van de scholenvoorlichters een presentatie houden over Ethiopië. Voor Geerlize was er ook een cadeautje: een wereldbol-spaarpot van Woord en Daad!

Geerlize: nogmaals heel hartelijk dank voor je inspanning! We hopen dat jouw actie meer kinderen op het idee brengt om geld in te zamelen voor leeftijdsgenoten ver weg!

Geerlize in actie voor Ethiopië!

Eén van de leerlingen uit groep 7 van de School met de Bijbel in Streefkerk, Geerlize Bakker, las in de Verrekijker over leeftijdsgenoten in Ethiopië. De situatie waarin zij leven liet haar niet los en daarom is ze aan de slag gegaan. Ze heeft allerlei klusjes e.d. gedaan en heeft een mooi bedrag van €166,- opgehaald!

De juf van Geerlize heeft deze actie doorgegeven aan Woord en Daad en zodoende kwam één van de scholenvoorlichters een presentatie houden over Ethiopië. Voor Geerlize was er ook een cadeautje: een wereldbol-spaarpot van Woord en Daad!

Geerlize: nogmaals heel hartelijk dank voor je inspanning! We hopen dat jouw actie meer kinderen op het idee brengt om geld in te zamelen voor leeftijdsgenoten ver weg!

Nieuwe tijden voor de winkel in Noordeloos

Let op: De hele week van 4 t/m 7 april is onze winkel gesloten.

Vanaf 15 maart gelden gewijzigde openingstijden:

woensdag 9.00-12.00 en 14.00-16.30 uur
donderdag en vrijdag 14.00-16.30 uur
zaterdag 10.00-12.30 en 13.30-15.00 uur

 

Procedures en maatregelen voor een veilig werkklimaat

Woord en Daad is geschokt en verontwaardigd over de misstanden en het grensoverschrijdend gedrag door medewerkers van hulporganisaties, waarover we lezen in de media. We hebben een respectvolle omgang met iedere medemens hoog in het vaandel staan. Dit past ook bij de missie, visie en kernwaarden van onze organisatie.

Afzender: Raad van Bestuur van Stichting Woord en Daad

Wij willen een betrouwbare schakel zijn tussen donateurs en kwetsbare medemensen, vaak de allerarmsten. Dit doen we in samenwerking met partners in Afrika, Midden-Amerika en Azië, die het werk lokaal uitvoeren. Uitgezonderd enkele bijzondere situaties, zenden we geen Nederlandse medewerkers uit die voor langere tijd verblijven in landen waar we werken.

Minister Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft alle ontwikkelingsorganisaties een brief gestuurd waarin ze vraagt om inzicht te geven in de procedures en maatregelen, die de veiligheid van kinderen en volwassenen in kwetsbare omstandigheden garandeert.

Woord en Daad heeft een integriteitsbeleid met een aantal gedragscodes en protocollen. Een belangrijke gedragscode, die alle medewerkers én de lokale partners ondertekenen, gaat over ‘Child Protection’. Dit is een duidelijk en expliciet document waarin je belooft de integriteit en rechten van kinderen die je ontmoet te allen tijde te respecteren (inclusief concrete voorbeelden van ongewenst gedrag en dat hier sancties op staan).

Al onze partnerorganisaties ondertekenen een Partner Agreement waarin duidelijke afspraken worden gemaakt. Partnerorganisaties worden regelmatig doorgelicht en bevraagd op hun werkwijze en als het nodig is volgt een onafhankelijk onderzoek. Dit systeem van ‘checks and balances’ zorgt voor heldere afspraken en goed werkende controlemechanismen.
Daarnaast onderschrijft Woord en Daad een aantal bekende gedragscodes, zoals de ‘Code of Conduct’ van het internationale Rode Kruis en de ‘Sphere Standards’ (m.b.t. werken in gebieden waar noodhulp wordt verleend.)
Op deze manier werken we expliciet en transparant aan een betrouwbare en veilige omgeving voor alle mensen die betrokken zijn bij ons werk, met extra aandacht voor de meest kwetsbare medemens.

Woord en Daad onderschrijft van harte het statement van Goede Doelen Nederland dat namens de leden online is gezet, en stuurt minister Kaag over onze procedures en afspraken een uitgebreide brief.

Raad van Bestuur van Stichting Woord en Daad
Jan Lock en Rina Molenaar

Aan Tafel#14 Water besparen doe je zo…

In reclames zien we regelmatig de oproep om minder water te gebruiken en kinderen wordt al op jonge leeftijd geleerd dat de kraan dicht moet blijven tijdens het tandenpoetsen. Maar komt het water dat wij gebruiken eigenlijk wel altijd uit de kraan?

Nederland is dan wel een nat kikkerlandje, toch zijn we onderdeel van het wereldwijde probleem van de waterschaarste. De VN heeft voorspeld dat er in 2025 zeker 1.8 miljard mensen in landen of gebieden leven waar te weinig water is. Het probleem is wereldwijd nogal ongelijk verdeeld. Wij Nederlanders gebruiken per persoon zo’n 100-200 liter water per dag voor (af)wassen, toilet doorspoelen, douchen, koken en drinken. Dit lijkt heel normaal maar een op de vijf mensen in ontwikkelingslanden heeft geen toegang tot schoon drinkwater.

Dit weten veel mensen niet

Bijna de hele watervoedselafdruk van Nederlanders (95%) ligt buiten Nederland. Wij drinken als bewoners van een regenachtig land water uit verre, droge gebieden. Dat heeft te maken met de productie van ons voedsel en drinken. Voor het maken van een liter frisdrank is zo’n honderd liter water nodig, want de productie van suiker kost veel water. In dit Aan Tafel! bericht schreven we al dat vlees eten ook veel water kost, onder andere door de productie van veevoer. Een biefstukje kost wel 3.000 liter! De gevolgen hiervan zijn bij ons nu niet merkbaar, maar bij de lokale bevolking in die droge gebieden des te meer.

Tijd voor actie!

Om serieus water te besparen is dus meer nodig dan korter douchen. Met deze tips kan je wel 1,000 liter water per maaltijd besparen!

  • Kies voor biologische producten
  • Eet minder vlees
  • Gooi minder voedsel weg
  • Eet lokaal en seizoensgebonden

En laat je toch vaak de kraan lopen tijdens het tandenpoetsen? Dan is hier een leuk gadget: de WaterSaver! Het bedrijf EVO, opgestart door 8 gedreven studenten, heeft de WaterSaver ontwikkeld. Deze kunststof dop kan je makkelijk in je kraan plaatsen waardoor je 50% minder water gebruikt. Per verkocht product (online te bestellen) gaat 10% naar een project van Woord en Daad in Ethiopië. In dit project krijgen mensen toegang tot schoon drinkwater én training om watervoorzieningen te onderhouden. Dubbel duurzaam dus!

Wil je meer inspiratie?

We delen elke twee weken een Aan Tafel! bericht met leuke tips en recepten over duurzaam voedsel en het tegengaan van voedselverspilling. Wil je een seintje bij een nieuw bericht? Laat je naam en e-mailadres achter via het formulier op deze pagina en draag jouw steentje bij aan een duurzamer wereld!

YA Revius: Dinsdag, van kredieten naar souvenirs

Vandaag hebben we een nuttige en leuke dag gehad. Nadat we het eerste ontbijt in het nieuwe hotel hebben gehad, stapten we in de bus in naar ACFIME. Dit is een organisatie die micro-kredieten verleent aan ondernemers en vroeger een onderdeel van CREDO was.

De foto geeft een imporessie van een markt in Burkina Faso

Een van de managers vertelde ons over het werk wat ze verrichten en daarna liet een van de medewerkers ons twee ondernemingen zien die gesteund werden door het micro-krediet. Eerst gingen we naar een meubelwinkel die door brand verwoest was, maar met behulp van ACFIME nu weer goed draait. Daarna gingen we op bezoek naar een onderneming die biologische producten maakt, producten met rupsen. Een paar van ons ons hebben een gebrande rups op en bijna iedereen nam wel een koekje met rupsen. Misschien zijn ze straks thuis ook te proeven.

Na het bezoek aan de ondernemingen en een uur rusten in de hotelkamer, gingen we lunchen in een restaurant om vervolgens naar de markt te gaan. Wat ik nog wel even erbij wil vertellen, is dat er in de bus op weg naar de markt werd onthuld dat iemand een geheime aanbidder heeft. Een van de dames van de groep vond namelijk een briefje onder haar kussen waarop een heuse liefdesverklaring stond van een hotelmedewerker. Prachtig!

Op de markt gingen we op zoek naar souvenirs. Dit gebeurde door de heren natuurlijk wel veel sneller dan door de dames, maar dat maakt verder niet veel uit. Iedereen heeft uiteindelijk heel mooie dingen gevonden en meegenomen. Terug bij het hotel bestelden we ons eten en hebben dat na een lekkere Afrikaanse anderhalf uur opgegeten. Tijdens het eten hadden we ook nog een gast met vier poten en snorharen onder ons midden die het allemaal wel erg interessant en lekker vond, maar helaas niet mee mocht eten. Nu is het dan bijna elf uur en omdat morgen een lange dag wordt, gaan we slapen.

Namen de groep, door Benjamin

PS. Dit is de laatste blog vanuit Burkina Faso. Morgen, woensdag, gaan we nog naar een school waar sponsorkinderen onderwijs krijgen (www.woordendaad.nl/sponsoreenkind ) en daarna ons klaar maken voor de terugreis. We hopen donderdagochtend vroeg terug te komen via Brussel. Bedankt voor het lezen van onze ervaringen en uiteraard vertellen wij er graag meer over als we weer terug zijn in Nederland.

Sterk voor Werk diploma ceremonie

Geslaagd!

Feest voor Sterk voor Werk in Ethiopië! 10 februari was het zover, maar liefst 287 studenten kwamen hun diploma ophalen. De studenten studeerden af in negen verschillende vakgebieden. In Ethiopië wordt aan die prestatie de welverdiende aandacht gegeven. De studenten hadden een feestelijke bijeenkomst op school met diverse speeches, zingende kinderen en zelfs de media waren aanwezig. Een verslag van een bijzondere dag!

Hieronder ziet u de aandacht die de plaatselijke media hieraan besteedde.

Bij de bijeenkomst waren verschillende projectpartners aanwezig die het programma mogelijk maken. Het programma werd geopend door Demerew Metaferia, die lid is van het bestuur van SCF. Hij feliciteerde de studenten met hun afstuderen en bedankte alle betrokken partijen. Na de opening kwam projectleider Ephrem aan het woord namens Woord en Daad. Hij liet merken dat hij trots was op de geleverde prestatie van de afgestudeerden. Hij gaf ze de volgende boodschap mee: wees optimistisch en creatief om je brood in Ethiopië te verdienen!

Ephrem bedankte ook de samenwerkende organisaties Selam Addis en Dorcas die samen de schouders onder het Sterk voor Werk-project zetten. Uiteindelijk is het vinden van een baan in Ethiopië het ultieme doel van het project. Daarover kon de decaan van de organisatie SVC, Solomon Chalie, meer vertellen. Hij gaf een update over de afstudeerrichtingen en vervolgstappen. Van de 208 studenten op zijn school hebben er 111 een baan gevonden, 80 zijn een eigen bedrijf gestart en overige studenten worden verder begeleid in hun zoektocht.

Ondertussen verzorgden kinderen van Selam Addis de muzikale omlijsting van de feestelijke bijeenkomst. Zowel de school als de samenwerkende organisaties kwam nog aan het woord. Er werd veel lof en dank uitgesproken richting de studenten voor hun verzette werk, de overheid voor de steun, Woord en Daad voor de coördinatie en de lokale medewerkers voor hun inzet.

Aan het eind konden alle studenten de tentoonstelling van hun eigen gemaakte producten bekijken. Ook was er de mogelijkheid om producten te kopen. De producten en studenten kregen de welverdiende aandacht en lof. Het was een feestelijk moment, dat veel goeds belooft voor de toekomst!

Meer over het Sterk voor Werk-programma

Sterk voor Werk-samenwerking

Het programma Sterk voor Werk wordt uitgevoerd door het EYE-consortium (Employable Youth in Ethiopia), geleid door Woord en Daad in nauwe samenwerking met Dorcas International. Het consortium bestaat verder uit de organisaties Selam Addis, Hiwot Integrated Development Ethiopia (HIDO), Digital Opportunity Trust (DOT) Ethiopia, Retrak, Hope Enterprises en Mekelle University. Het zijn organisaties met verschillende expertises en ze vullen elkaar in het programma Sterk voor werk in Ethiopië heel goed aan.

 

Wintergarderobe halve prijs!

Van 5 t/m 17 maart is het opruiming van alle tweedehands winterkleding in het Oostkapelse Winkeltje van Woord en Daad, Dorpsstraat 25; t/m vrijdag 16 maart geldt 50% korting en op zaterdag 17 maart betaalt u slechts 1 euro per kledingstuk! De opbrengst is voor veilig drinkwater en betere sanitaire voorzieningen op scholen in Haïti. Welkom maandag- t/m zaterdagmorgen en op woensdagmiddag. Woensdag 14 maart is de winkel gesloten.

YA Revius: Maandag, daar zijn we weer in Ouaga!

Vandaag mochten we even uitslapen. Nadat we onze koffers hebben ingepakt en nog een groepsfoto voor het hotel hebben gemaakt, zijn we met z’n allen het busje in gegaan om aan de lange trip terug naar Ouaga te beginnen.

[De foto’s van de groep zijn (vanwege een gebrekkige internetverbinding) helaas niet goed doorgekomen. Zodra er foto’s zijn, zullen we deze plaatsen]

Natuurlijk was het geen verveelde tocht. Er was nooit een stilte omdat Benjamin toch wel doorratelde. Onderweg hebben we spelletjes gedaan waaronder: Wie is het? Nadat Benjamin uiteindelijk het woord kakkerlak had geraden bleek Rosaly een pad (kikker) te zijn.

Tussen de middag hebben we bij hetzelfde restaurant als op de heenweg gegeten. De man van het restaurant herkende ons gelijk en wilde gelijk weer pittige pepers aanbieden maar die hebben Tjeerd, Pieter en Benjamin dit keer maar afgewezen. Onderweg zagen wij dat het richting Ouagadougou steeds droger werd. Dit heeft grote gevolgen voor de mensen. Zo was er ook een demonstratie van vrouwen die betere toegang tot water vroegen. Je ziet ook dat mensen arm zijn, maar wel heel vriendelijk.

Rond vijf uur kwamen we aan bij ons hotel. Nadat we tot zes uur even relaxt hebben gedaan gingen we onderweg naar het restaurant. Voordat we erheen gingen heeft Fadi en de chauffeur van onze bus een aantal plekken in Ouaga laten zien. We hebben het monument van de opstand van de jaren ‘80 en 2014 bezocht. En we zijn bij de vrouw en z’n pasgeboren dochtertje Arial Selma geweest.

En toen gingen we naar het restaurant. We kwamen binnen en er waren glimmende stoelen en vrolijke lichten. En toen we de menukaart kregen konden we er toch eigenlijk niet echt meer van genieten. Je kon alles kiezen wat je maar wilde: hamburgers, patat en zelfs versgeperste ananas- en sinaasappelsap. We kregen een erg dubbel gevoel: je wilde er wel van genieten maar je hebt steeds in je achterhoofd dat je acht dagen lang armoede hebt gezien. Acht dagen lang heb je bedelende mensen gezien en voordat we het restaurant binnengingen zagen we nog een vrouw bedelend langs de weg zitten met een baby in haar armen. Daarom blijft het een erg dubbel gevoel. Maar ondanks dat hebben we wel genoten van de verse vitamine en het lekkere eten. En nu zitten we nadat we de afsluiting hebben gehad nog gezellig na te praten. Heel leuk dat jullie onze blog weer hebben gelezen!

Tot morgen, Rosely

YA Revius: Zondag… naar de kerk!

Tijd om jullie bij te praten over onze zondag in Burkina Faso! Na het ontbijt in het hotel reden we naar een kerk met de naam ‘Assemblees of God’. Na 8 uur begon de kerk vol te stromen met Burkinabés.

Zondag is hier echt een bijzondere dag: iedereen zag er netjes en feestelijk uit. De vrouwen hadden prachtige jurken aan. Alle kinderen zaten apart op bankjes, links en rechts vooraan zaten twee kleine koren. Bij ons zat een man die de dienst voor ons vertaalde vanuit het Frans naar het Engels.

De dienst begon met gebed, iedereen hardop voor zichzelf. Echt iets wat wij niet gewend zijn! Het was best wel overweldigend, overal om je heen gebed. Er is veel gezongen, we merkten dat de mensen echt vanuit hun hart zingen. Dat zorgt er misschien ook wel voor de hoeveelheid volume… wow! We vonden het jammer dat we zelf niet konden meezingen. Ook kunnen de mensen van Burkina Faso dansen. Bij de collecte kwam iedereen al dansend naar voren om hun geld te geven. Er waren liederen die iedereen meezong en er waren liederen die de verschillende koren zongen. Er was een kinderkoor, met een jongetje als dirigent, er was een koor van acht meisjes die echt heel goed konden zingen, een vrouwenkoor en nog een gemengd koor. Alle mensen die voor het eerst in deze kerk waren, mochten zichzelf voorstellen, wij dus ook. Dat vonden we best wel mooi en gastvrij!

De preek ging over broederschap. We lazen heel veel verschillende Bijbelteksten die gingen over dingen met elkaar delen in een gemeente, samen gemeente in Christus zijn en wat dit voor ons allemaal betekent. Uit de kerk hebben we nog even met de mensen gepraat en allemaal een stuk of tien keer een hand of boks gegeven aan een jongetje dat we wel in onze koffer hadden willen stoppen…

De rest van de dag hebben we een korte wandeling gemaakt in Bobo en zijn we lekker bij het hotel gebleven. We hebben ook een Bijbelstudie gehouden over armoede en onrecht. Daarnaast nemen we langzaam afscheid van Bobo, want morgen gaan we al weer terug naar Ouagadougou!

Bedankt voor het lezen!

Marinke

 

Familiedagen Hardenberg

Kom naar de stand van Woord en Daad op de familiedagen in Hardenberg , woensdag, donderdag en vrijdag staan wij daar met heel veel nieuwe spullen, benieuwd? kom dan langs bij stand no. 325 ook zijn er div. workshops voor groot en klein en bij besteding van € 15,– wordt er gratis een foto gemaakt dus zeker de moeite waard om te komen.

YA Revius: Donderdag 22 februari

Vandaag was een dag waarin we kennis maakten met de Afrikaanse flexibiliteit: This Is Africa! Het was een dag vol verrassingen.

[NB de foto’s zijn (door een gebrekkige internetverbinding) helaas niet goed overgekomen. Zodra we goede bestanden hebben, zullen we deze plaatsen]

We begonnen met een ontbijt in het hotel en vertrokken daarna richting het scholencomplex. Daar kregen we een warm welkom van de directeur, die vol trots een presentatie hield over zijn school. Op het scholencomplex bezochten we de verschillende vakscholen. Bij de kappersopleiding kregen de meiden (met veel pijn) rastavlechtjes in hun haar. Rosely heeft het zelfs voor elkaar gekregen dat haar pony geen kuif omhoog werd. 😉

Een ander project dat we bezochten was het bouwproject waar Anne Myrthe een steen heeft gemetseld aan de wc. Een paar jongens lieten vol trots hun soldeerwerk zien. Dat moesten Tjeerd en Benjamin natuurlijk ook proberen. In deze elektrische werkplaats mochten we ook een aantal Nederlandse machines bewonderen. Tijdens een klassenbezoek mocht Pieter doen waar hij goed in is… les geven. In het Frans heeft hij Latijnse grammatica aangeleerd en wat verteld over godsdienst. In een klas hebben we ook wat leerlingen bemoedigd en wat verteld over het Nederlandse schoolsysteem.

Nadat we (sommigen voor de eerste keer) vissen ontleed en gegeten hebben, begon mijn persoonlijke favoriete moment van de dag. We mochten de basisscholen bezoeken. Van de kinderen kregen we een warm welkom toen ze heel hard en vrolijk voor ons gingen zingen. De vrolijkheid op de gezichten is onbetaalbaar. Het grappigste moment was toen we de kinderen hoofd-schouders-knie-en-teen gingen aanleren. Dat vonden ze echt helemaal geweldig. Een ander bijzonder moment vond ik het zingen van het volkslied. Wij vroegen aan de directeur en een leraar tijdens het eten naar hun volkslied. Meteen stonden ze op en vroegen ze ons ook te gaan staan en begonnen ze vol passie en trots hun volkslied te zingen. Uiteraard konden wij niet achterblijven en hebben wij vers 1 en 6 van ons volkslied gezongen.

Om in de Nederlandse trots te blijven gingen we sporten tegen een paar leerlingen van de school. Het was een zeer intensief spel, zeker in de Afrikaanse warmte. Met hulp van de sportleraar hebben we toch mooi de eer van Nederland hoog weten te houden door te winnen met 5-8. Dit kwam natuurlijk door ons goede teamwork, de coaching van CJ en de fanatieke Tjeerd en Pieter. Tijdens de rust kregen we schoon heerlijk koud water uit zakjes.

Nadat dat we enigszins waren afgekoeld en uitgerust, verlieten we de school met ons busje richting de oliefabriek. Onze gids vond dat heel belangrijk omdat daar ook jongeren van de vakscholen stage lopen en een baan aan over kunnen houden. We waren verrast toen de rondleiding begon bij de katoen. Wat blijkt: er kan ook olie gemaakt worden uit katoen. Met Bob de Bouwer-helmen kregen we een rondleiding door de fabriek en zagen we elke stap van katoen tot olie.

Bij de avondsluiting lazen we psalm 23 en bespraken we de dag. We komen er deze week steeds meer achter hoe belangrijk gebed is. Vandaag mochten we dat weer horen. De pastor van de school heeft dagen van tevoren met de kinderen voor ons gebeden voordat we kwamen, dat we veilig aan mochten komen, voor bewaring in dit land en ook voor de terugreis. Bijzonder om te zien dat God overal is en dat ze zoveel van God verwachten. We hopen dat jullie weer genoten hebben van dit blog. Morgen weer nieuwe verhalen. J

Namens de groep: Anne Myrthe

YA Revius: Vrijdag 23 februari

Vandaag hebben we bezoeken gebracht rondom het project ‘Cashew de noot(d) aan de man’, waar wij voor hebben geworven. Na een lekker ontbijt stapten we het busje in en gingen we op weg naar de cashewfabriek.

[NB de foto’s zijn (door een gebrekkige internetverbinding) helaas niet goed overgekomen. Zodra we goede bestanden hebben, zullen we deze plaatsen]

Bij de fabriek aangekomen, werden we hartelijk ontvangen en naar het kantoor gebracht. De directeur van het bedrijf was een Nederlander die daar met zijn half-Zambiaanse vrouw werkt en een echte Rotterdammer die er sinds een paar maanden ook werkte. Harm Voortman, directeur van de fabriek, vertelde het een en ander over het werk dat zij daar verrichten en de samenwerking met CREDO en Woord en Daad.

Na deze informatie werd de bedrijfsmanager erbij gehaald. Hij leidde ons rond door de fabriek, liet ons zien hoe de noten verwerkt worden en vertelde ons dat er hierdoor 1.300 personen een baan hebben. Leuk om te weten: hij is een voormalig student die gesteund is door een Nederlands gezin. Een mooi resultaat van sponsoring.

Daarna zaten we twee uur in de bus. We kwamen aan bij een groep boeren die met elkaar de cashewplantage beheren. Ze vormen samen een coöperatie. Ze gingen ons voor op motors over een pittig hobbelige weg waarop we onze hoofden meerdere malen mochten stoten aan het plafond. Op de plantage aangekomen, lieten ze ons de cashewbomen zien. Ze leerden ons hoe we de appel van de noot konden scheiden en dat mochten we ook zelf proberen. De boeren vertelden ons zeer interessante dingen: hoe het groeiproces loopt, de trainingen die ze krijgen, dat ze nu genoeg verdienen. Dat ze werken om hun dorp en hun familie verder te helpen. En vol trots lieten ze ons ook zien dat ze als groep boeren ook een eigen school hebben gefinancierd. Daardoor kunnen hun kinderen nu dichtbij huis naar school.

We gingen vanavond weer lekker in een restaurant eten en sommigen hebben daar nieuwe dingen uitgeprobeerd. Zo heeft Pieter een maïsbol met vleessaus besteld. Ben en Jerry hebben zich toegewijd aan de karper. Verder was de salade en patat zoals altijd heel erg in trek. Na de maaltijd vertelde Fadi (onze gids) ons dat we morgen om half 5 bij het ontbijt moesten zitten. Gelukkig werd ons een uurtje later alweer verteld dat het een grapje was en dat we pas om 8 uur ontbijten. Nu iedereen weer op de hoogte is gaan wij verder met een potje Cluedo.

Gemaakt namens de groep, door Benjamin

YA Revius: Zaterdag 24 februari

En weer tijd voor een nieuwe blog! Vanochtend werden we wakker in een iets koeler Burkina Faso dan normaal, omdat het een beetje geregend had vannacht. Onze relax-dag kon beginnen.

(Lees ook de blogs van donderdag 22 februari en vrijdag 23 februari)

Na een lekker ontbijtje buiten vertrokken we met ons busje naar het safaripark. Onderweg kwamen we door een dorp waar veel kindermisbruik voorkomt. Veel meisjes worden daar verkracht, omdat de moslims gemengd met het animisme, het belangrijk vinden om veel kinderen te krijgen.

Bij het safaripark aangekomen gingen we te voet door het bos. De droge vlaktes met struiken veranderde in mooie bossen met veel groen. We kwamen bij een aantal vissers, en met hen gingen we in een bootje. Behalve een paar gaatjes in de bodem en iets te veel mensen was het helemaal veilig 😉 Het was door de regen niet zo warm en dus heerlijk op het water. We zagen mooie vogels en toen ineens een groep van 7 nijlpaarden! Wat een geweldige beesten, met een hele grote bek.

Het idee was om ook olifanten te zien. Dus terwijl er een mannetje op een motor op zoek ging, vertrokken wij naar een restaurantje. Daar aangekomen bleek dat er geen eten was, dus hebben we wat gedronken. Ook kregen we te horen dat ze geen olifanten konden vinden, helaas… Dus gingen we weer terug naar Bobo-Dioulasso om een restaurant mèt eten te vinden. Na de maaltijd werd besloten dat een aantal van ons wel wat rust konden gebruiken en zijn we naar het hotel gegaan om twee uurtjes uit te rusten.

Koen Kampioen* en Tante Beppie*, onze geweldige vrienden van CREDO in Bobo, hadden ons uitgenodigd voor het eten. Het is hier de gewoonte om voor ons een Burkinese naam te bedenken dus hebben wij het ook andersom gedaan. We zouden niet een heel uitgebreide maaltijd krijgen, maar ze hadden zich aardig voor ons uitgesloofd. Allerlei traditionele gerechten stonden voor ons klaar. Het eten was heerlijk, en de sfeer was super. Koen, de zanger, heeft voor ons gezongen en we hebben ook samen gezongen. Van improvisaties tot psalmen, echt mooi hoe dat er hier aan toe gaat en dat ze door muziek bij elkaar komen en zich helemaal geven.

Ook vanavond weer met z’n allen de dag afgesloten, onze ervaringen gedeeld en een avondsluiting. Kortom weer een geslaagde dag met geweldige mensen en ervaringen!

Groetjes van de groep aan de familie en vrienden thuis en iedereen die deze blog leest;), Kim

*In Burkina Faso is het een traditie dat een gast ook een lokale naam krijgt. Als groep hebben wij deze gekregen. Daarom hebben we ook onze begeleiders een Nederlandse bijnaam gegeven. Uiteraard met uitleg erbij waarom we deze naam hebben gegeven.

YA Revius: Een kort bericht uit Burkina Faso

De groep Young Ambassadors van het Revius geniet van alle belevenissen en krijgt veel informatie. Helaas ligt sinds gisteren het internet compleet plat. Ook vandaag is er nog geen zicht op een herstelde verbinding. Telefonisch heeft reisleider Corjan ons het volgende meegedeeld.

Gisteren stond in het teken van naar school gaan. De vakschool Baraka in Bobo Dioulasso werd bezocht. Hier volgen jongeren een technische vakopleiding, vergelijkbaar met onze MTS. Het was leuk om met leeftijdsgenoten te praten en om te zien hoe het onderwijs hier is. Veel gepraat, maar ook samen een spel gedaan.

Op hetzelfde terrein is ook een basisschool, natuurlijk hebben we hier ook veel klassen bezocht. Soms zongen wij een lied, soms zongen de leerlingen een lied, erg leuk!

Vandaag stond in het teken van het project: de eerlijke cashewnoten! Eerst hebben we de fabriek bezocht, een enorme hal op een groot terrein. Hier kregen we uitleg over hoe de cashewnoten worden verwerkt, wat komt daar veel werk bij kijken! Hierna zijn we op bezoek gegaan bij een aantal boeren om te zien waar die cashewnoten vandaan komen.

Tot zover een kort verslag, we weten niet wanneer er weer internetmogelijkheden zijn, een volgend bericht kan dus op zich laten wachten ;-(

 

YA Revius: tijdelijk zonder internet

De Young Ambassadors van het Revius in Rotterdam zitten tijdelijk zonder internet. Ook dat hoort erbij als je in een land als Burkina Faso op bezoek bent… Wel ontvingen we een kort telefoontje van reisleider Corjan Rink waarin hij aangaf dat alles prima gaat. Zodra de Young Ambassadors weer bereikbaar zijn, sturen ze een nieuwe blog voor het thuisfront.

Selam: een kleermaakster met ambitie

Selam (22) is kleermaakster in Addis Abeba, Ethiopië. We zochten haar op in de kleine winkel waar ze als kleermaakster werkzaam is. Tijdens het interview zit Selam achter haar naaimachine. Eerst wat verlegen, maar al snel vertelt ze enthousiast over haar werk, opleiding en ambities. Het leven dat ze nu leidt, is niet zo vanzelfsprekend. Veel van haar vrienden zijn minder goed terecht gekomen.

Foto: Marien Bergsma

Selam is geboren in de provincie Tigray. Daar deed ze de basisschool. Al op jonge leeftijd zijn beide ouders van Selam overleden. De droevige reden dat ze nu inwoont bij haar oom en tante met hun vier kinderen. Toen duidelijk werd dat het in Tigray ontbrak aan goede opleidingsmogelijkheden, is ze samen met haar oom en tante verhuisd naar Addis Abeba. Daar volgde ze een bedrijfsopleiding van partnerorganisatie HIDO en vervolgens een opleiding tot kleermaker. Door haar inspanningen heeft ze nu een baan als gecertificeerd medewerkster, waardoor ze zelf voor haar inkomen zorgt.

De goede keuze
Dat de positie waarin Selam zich nu bevindt niet zo vanzelfsprekend is, beseft ze zich maar al te goed. Veel vrienden van Selam emigreerden naar Saoedi-Arabië. Ook Selam voelde soms de behoefte om daarheen te gaan. Het leven daar lijkt soms rooskleuriger dan het leven in Ethiopië. Toch heeft ze besloten te blijven in haar geboorteland, daar heeft ze nu geen spijt van. Want sommige van haar vrienden zijn weer teruggekeerd uit Saoedi-Arabië, van hun hoort ze veel over de verschrikkelijke omstandigheden daar. Veel geëmigreerde leeftijdgenoten werken als hulp in huis. ‘Ik hoorde dat sommige mensen in Saoedi-Arabië stierven of dat ze werden toegetakeld, doordat hun ‘bazen’ ze sloegen. Verhalen over misbruik zijn geen uitzondering. Daardoor was ik angstig en besloot ik dat ik liever in Ethiopië bleef. Achteraf een heel goede keuze.’

Eigen naaiatelier
Selam denkt goed na over haar toekomst. Graag wil ze groeien in datgene wat ze nu doet. Zo wil ze in de toekomst haar eigen naaiatelier opzetten. Om die droom waar te maken, zet ze nu geld opzij zodat ze in de toekomst machines aan kan schaffen. Ze is blij dat ze in Ethiopië is gebleven, daardoor kan ze nu hard werken om haar dromen waar te maken.

YA Revius: Woensdag, naar school in Bama

En ook vandaag waren we weer vroeg uit de veren. We hadden een lekker ontbijt, maar hier heb ik (Tjeerd) jammer genoeg zelf niet al te veel van meegemaakt aangezien ik laat ging douchen. Een uitblinker bij het ontbijt was toch wel de gembersap van Pieter, dat bij hem goed in de smaak viel.

Na het ontbijt gingen we rijden in de richting van Bama. Na een hobbelige weg kwamen we bij een gebouw, heel klein, maar groot genoeg om hun werk te doen. Van hieruit werkt een aantal mensen vanuit CREDO rondom kinderrechten. In Burkina worden kinderen nog vaak achtergesteld en is er kindermishandeling en meisjes die worden uitgehuwelijkt. Dit is geen project die is opgezet door een buitenlandse organisatie zoals Woord en Daad, maar juist door locals die een positieve verandering willen brengen aan de problemen die spelen in dit land zoals armoede, droogte en toegang tot onderwijs.

Daarna gingen we het werk met eigen ogen zien. We kwamen aan in een dorp waar een vrouwengroep actief is. Al deze vrouwen hadden eerst geen baan, maar wel een groot aantal kinderen. CREDO komt op voor deze vrouwen, het project dat CREDO heeft opgezet heeft er voor gezorgd dat deze gemeenschap, zowel mannen als vrouwen, toch een mogelijkheid heeft om hun kinderen naar school te sturen en beter te ondersteunen.

Na het bezoek reden we door naar de school. Na aankomst kregen we een warm welkom. We gingen samen met de directeur, meerdere leraren en een grote groep leerlingen in gesprek. We kregen een introductie over de school, daarna hebben we onze eerste ‘Nederland presentatie’. Dit was wel even inkomen, maar ze toonden veel interesse. Bij de tweede presentatie voor een klas verliep het soepeler en hebben we aan het eind mini-stroopwafeltjes uitgedeeld en zoals we hoopten werden deze zeer gewaardeerd.

Hierna hadden we een lekkere lunch, waarbij Benjamin en Tjeerd als enigen hun bord leeg aten 😉 Vervolgens gingen we op de weg terug naar Bobo. We hebben toen nog twee gezinnen bezocht. Hier hebben we mee gepraat, gebeden en bij beiden een levensmiddelenpakket als dank gegeven. De mensen waren heel enthousiast. Hier hebben we meegemaakt hoe mensen dankbaar en vrolijk worden van eenvoudige dingen, en juist deze ervaringen laten je beseffen hoe dankbaar ook wij mogen zijn met wat we WEL hebben.

In de avond genoten van pizza’s en salades en hebben we leuke spelletjes gespeeld. Morgen staat er een leuk programma op ons te wachten dus tijd om af te sluiten. Tot morgen met een nieuwe blog.

Namens de groep, Tjeerd Bergshoeff

© Woord en Daad | Privacy statementDisclaimer