‘We sponsoren Mariama door een luisterboek’
Soms krijgen we bij Team Sponsoring mails binnen die er uit springen. Het bericht van het gezin Smits was er zo één. Naar aanleiding van een luisterboek besloten ze om Mariama uit Sierra Leone te sponsoren. We vroegen ze naar hun verhaal!
Radicaal | Column Rina Molenaar
Meestal broed ik een paar dagen op het onderwerp voor mijn column en vertrouw ik het vervolgens in korte tijd aan het papier toe. Deze week was het anders. Ik broedde niet op één onderwerp, want de onderwerpen buitelden weer eens over elkaar heen.
Deze column verscheen ook op RD.nl op 23 november.
Ik had kunnen schrijven over het gevonden formatiestuk in de trein. Of wat dacht u van een column over het ontwikkelingssamenwerkingsbudget, dat er mogelijk wel bekaaid van afkomt als het op een andere manier wordt ingevuld dan waar het eigenlijk voor bedoeld is: kwetsbare naaste ver weg.
Ik had op deze plek ook kunnen ingaan op het debat over de 1G-, 2G- of 3G-benadering, waarbij het uitsluiten van bevolkingsgroepen op de loer ligt. Al nadenkend over deze onderwerpen kwam er echter een gemene deler naar boven: de polarisering en radicalisering in de samenleving die met de dag erger lijkt te worden. De uitspraak van Kamerlid Van Houwelingen van Forum voor Democratie vormde een nieuw dieptepunt. In het debat over de begroting van Buitenlandse Zaken zei hij na een felle woordenwisseling met een collega-Kamerlid: ‘Uw tijd komt nog wel, er komen tribunalen.’
Het werd Kamervoorzitter Bergkamp ook te gortig en zij wil nu een gesprek over de omgangsvormen in debatten. Haar voorstel kreeg veel steun.
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar de polarisering in de samenleving over ongeveer elk onderwerp vermoeit me enorm. Radicalisering gaat nog een slag dieper en verlamt me in zekere zin. Ik heb soms de neiging om in een hoekje te kruipen en het van veraf gade te slaan.
Het raakte me dat bij het overlijden van voormalig SGP-voorman Bas van der Vlies zijn omgangsvormen in de Tweede Kamer werden gememoreerd. Hij kroop niet in een hoekje, maar stond in de frontlinie. In de Volkskrant merkte Raoul du Pré op dat deze kleine splinterpartij met twee tot drie zetels meer invloed had dan menig grote partij. Volgens Du Pré kwam dit doordat Van der Vlies zichzelf niet belangrijk vond, bescheiden zijn plek innam, ook bij diepe meningsverschillen in gesprek bleef en zaken niet persoonlijk maakte.
Na het lezen van deze mooie woorden zocht ik op YouTube naar fragmenten uit het verleden waarin ik zag gebeuren wat ik net had gelezen. Humorvol en liefdevol, waren de woorden die bij mij naar boven kwamen.
Hoe bieden we weerstand aan de radicalisering in deze samenleving? Het gesprek lijkt altijd een goede oplossing, maar kan ook nog wel eens uitlopen op hete hoofden en koude harten wanneer we de ander niet uitnemender achten dan onszelf.
Radicalisering is alleen op te lossen met radicalisering, maar dan van een andere orde. Ik doel op de radicalisering van Mattheus 5, waar Jezus de schare aanspreekt. De schare is heel goed thuis in de Bijbel. Dat merkt Hij ook fijntjes op: ‘U hebt gehoord’. Dan haast Hij Zich te zeggen: ‘Maar Ik zeg u…’ en gaat Hij een spade dieper en stelt zaken op scherp.
Jezus radicaliseert de geboden die zo vertrouwd waren bij de mensen. Hij radicaliseert het gebod van naastenliefde.
U hebt gehoord: U zult niet doden. Maar Ik zeg u: wie tegen zijn broeder zegt: Raka, is strafbaar voor het gericht.
U hebt gehoord: Oog om oog en tand om tand. Maar Ik zeg u: Zo iemand u op de rechterwang slaat, keer hem ook de andere toe.
U hebt gehoord: Heb uw naasten lief en uw vijand zult gij haten. Maar Ik zeg u: heb uw vijanden lief, zegen hen die u vervloeken, doe wel aan die u haten, bid voor hen die u geweld aandoen en u vervolgen!
Radicale taal van Jezus, die ook radicaal afrekent met haat, verdeling en polarisatie. Deze radicaliteit vermoeit of verlamt me niet, zorgt er ook niet voor dat ik in een hoekje kruip. Deze radicaliteit vraagt iets van me: met open vizier de wereld in en laten zien wat Jezus van ons vraagt. Eerlijk en scherp, maar wel vanuit de liefde. Niet jezelf op de voorgrond stellen maar in bescheidenheid je plek innemen. Hoe meer ik er over denk hoe overtuigder ik raak: radicalisering kunnen we alleen maar tegengaan met radicale naastenliefde.
Liefde die scherp ziet, maar ook mededeelzaam maakt!
Verleen noodhulp sámen met getroffen bevolking
‘We zijn hier om jullie te helpen, uit naastenliefde. We zijn geen grote organisatie, dus we hebben u nodig om dit dorp weer op te bouwen. Wat kunnen jullie daarin zelf bijdragen?’ Dat zijn de eerste woorden van de Filipijnse voorganger Hector Arana wanneer hij een rampgebied bezoekt.
In oktober spraken twee lokale partnerorganisaties van Woord en Daad elkaar met als doel: van elkaar leren over het verlenen van noodhulp. Zowel op de Filipijnen als in Haïti kent de bevolking de gevolgen van aardbevingen en orkanen.
Arana is directeur van AMG Filipijnen, één van de partnerorganisaties van Woord en Daad. Een kleine, christelijke organisatie die onder meer noodhulp biedt na natuurrampen zoals orkaan Vamco een jaar geleden. Dat doen ze sámen met de lokale bevolking. Deze manier van werken voorkomt dat de bevolking hulpafhankelijk wordt en stimuleert juist een samenwerking tussen de lokale bevolking en hulporganisaties.
Verplaatsbare huizen
Een praktisch voorbeeld van deze samenwerking zijn de huizen die gebouwd zijn na de orkaan. Deze huizen kunnen makkelijke worden uitgebreid wanneer de bewoners daar zelf behoefte aan hebben. Ook zijn de woningen goed te verplaatsen, wat een praktische oplossing is voor onenigheden over landrechten.
Kant-en-klare oplossingen
Ook in Haïti zijn onze partners bekend met het verlenen van noodhulp. Jean Anold Jules van partnerorganisatie P&A: ‘Het belangrijkste is om de lokale gemeenschap te betrekken bij de noodhulp die je wilt bieden. Hun feedback, input en eigen perspectief op de situatie is heel belangrijk. Draag geen kant-en-klare oplossingen aan, maar ga in gesprek. Zíj zijn ten slotte de mensen die baat moeten hebben bij de hulp.’ Door deze werkwijze, is de partner er zeker van dat iedereen op dezelfde lijn zit en samenwerkt om het doel te bereiken.
Jules: ‘Het feit dat mensen elkaar helpen bij het bouwen van een huis, schept een band en geeft vertrouwen. Deze factoren zijn van cruciaal belang omdat dit directe gevolgen heeft voor hoe men met elkaar omgaat.’ Tegelijkertijd realiseert Jules zich dat het van belang is om deze werkwijze scherp voor ogen te houden. ‘In de agri-sector gebruikten we deze werkwijze ook. Een groep boeren hielp elkaar totdat iedereen was geholpen. Deze aanpak zijn we uit het oog verloren, maar het is goed om dit opnieuw te initiëren binnen de sector.’
Column – Vanzelfsprekend!
Op dit moment leest u de woorden die ik heb geschreven. Dat vinden u en ik heel vanzelfsprekend. We kunnen lezen en schrijven, maar ook tellen, zingen, fietsen, redeneren, reflecteren, liefhebben…. Heel gewone dingen die toch eigenlijk heel bijzonder zijn!
Hilde haalt geld op voor christelijk onderwijs op de Filipijnen
Hilde heeft met het spaarhuisje van de dankdagkalender € 24.25 opgehaald voor goed, christelijk onderwijs op de Filipijnen. Top gedaan, Hilde. Dankjewel!
Lina (13) uit Ethiopië leerde op school haar gedrag verbeteren
De 13-jarige Lina is geboren in Gambella, Ethiopië. Na een moeilijke periode waarin haar vader onverwachts overleed, gaat het nu goed met haar. ‘Ik ben dankbaar voor alle tijd en energie die de leraren en social workers van Hope geven om kinderen zoals ik te helpen!’
‘Niet van plan op te geven’
Aïssatou Zakari is voorzitter van een moedercomité. Binnen het project Familles Fortes stimuleren deze comités ouders in Sinendé om hun kinderen naar school te laten gaan. Soms houden ouders hun kinderen thuis om te helpen op het land. Het is niet altijd makkelijk om deze ouders ervan te overtuigen dat het belangrijk is voor de toekomst van hun kinderen dat ze naar school gaan. ‘Ondanks de moeilijkheden waar we mee kampen, zijn we niet van plan om op te geven. Ik blijf de comitéleden stimuleren om in de gemeenschap het belang van onderwijs te benadrukken en de kinderen te
Hariharan ontdekt zijn passie tijdens training
‘Ik verdien 28.000 Sri Lankaanse roepies (120 euro) per maand. Ik kan nu de medische kosten van mijn broer betalen,’ vertelt Hariharan Thanabalasingam enthousiast. De 22-jarige startte in mei 2021 bij een vestiging van Pizza Hut in Baticaloa, Sri Lanka. ‘Ik ben heel blij met deze baan, want het sluit aan bij mijn passie, ik heb tijd om met familie te zijn en ik kan hen financieel ondersteunen.’
Dereje’s zoektocht naar hoop: ‘ik heb talenten en doorzettingsvermogen om dat te bereiken’
‘Ik wist dat ik een verkeerde keuze gemaakt had toen ik Metema aankwam,’ vertelt Dereje. Toch weten zijn vrienden hem over te halen om de gevaarlijke reis voort te zetten. Hij was getuige van geweld en moest terugkeren naar Ethiopië. Nu is Dereje een jonge ondernemer. Hij vertelt over de migratieplannen, de desillusie die volgde en het bouwen aan een toekomst.
Metema is een grensstad in het noorden van Ethiopië. Hier heeft Dereje al twijfels over het plan om samen met zijn vrienden illegaal te migreren. Zijn vrienden weten hem over te halen en samen zetten ze de gevaarlijke reis voort.
Pijnlijke herinneringen
De herinnering aan het vervolg van zijn reis zijn pijnlijk. In twee vrachtwagens vertrekt een groep illegale migranten uit Metema. Dereje en zijn vrienden zitten in de tweede vrachtwagen, die iets later vertrekt dan de eerste. Ze passeren de grens, maar in Soedan gaat het vreselijk mis. Een groep gewapende mannen valt de eerste vrachtwagen aan. Dereje vertelt hoe hij vanuit de tweede vrachtauto ziet dat de eerste vrachtauto explodeert.
Achtergelaten
De chauffeur van de truck waar Dereje in zit, neemt een afslag en weet te vluchten. Ergens in een verlaten gebied zet hij de illegale migranten uit zijn vrachtauto en laat hen achter. De jonge Ethiopiër heeft allang spijt van zijn beslissing om illegaal te migreren, maar de situatie wordt nog verschrikkelijker. ‘Er werden mensen vermoord, vrouwen en mannen werden verkracht,’ vertelt Dereje zichtbaar geëmotioneerd.
Toch lukt het hem om terug te keren naar de grens. Daar nemen Ethiopische soldaten zijn laatste geld af voordat ze hem het land in laten. Getraumatiseerd, bedroefd over de keuzes die hij maakte en zonder geld staat Dereje weer in Ethiopië.
Ondernemer en vader
De vriendelijke jongeman die dit ingrijpende verhaal vertelt en de jongeman die het verhaal beleefde, lijken niet dezelfde persoon. Toch is het dezelfde Dereje die enkele jaren geleden deze vreselijke gebeurtenissen meemaakte. Hoe kon zijn leven zo veranderen? De berooide en getraumatiseerde Dereje die terugkeerde in Ethiopië is nu een enthousiaste ondernemer en vader.
In 2019 schreef Dereje zich in voor een life skills training die via partners van het EYE-programma (Employable Youth Ethiopia) wordt aangeboden. Samen met een groot netwerk van lokale organisaties zet Woord en Daad zich in om jongeren als Dereje kansen te bieden in Ethiopië. We ondersteunen hen met trainingen in vakkennis, ondernemerschap en life skills (o.a. sociale vaardigheden, sollicitatietraining en ethiek). Ook zetten we in op voorlichting over de gevaren van illegale migratie.
Het roer om
‘Daar leerde ik veel! Ik moest mijn leven veranderen en terugkeren op het rechte pad. Ik realiseerde me dat ik de talenten en het doorzettingsvermogen heb om dat te bereiken.’ Dereje gooit het roer om. Om geld te besparen brengt hij minder tijd door met vrienden, eet hij thuis en koopt hij minder flessen met water. Samen met een groep jonge ondernemers krijgt hij een lening en toegang tot een werkplaats. Het is niet ideaal, maar Dereje wil aan de slag.
‘Een gave van God’
‘Het was in het begin lastig, want om meubels te kunnen maken heb je een machine nodig. De lening was hiervoor niet genoeg.’ Toch kan hij op wonderlijke wijze een machine kopen. ‘Er was een man die een dure machine aan me verkocht voor de helft van het geld. Voor mij is die machine een gave van God.’
Meubelzaak Naro Furniture
Niets kan Dereje meer tegenhouden. Hij werkt hard om zijn eigen meubelmakerij op te bouwen, en met succes. Al snel blinkt hij uit. Andere meubelmakers proberen zijn ontwerpen te kopiëren. Zakelijk gaat het ook goed. Dankzij een administratieve training heeft hij zijn boekhouding op orde en kan hij een winkelruimte huren.
Dereje is eigenaar van Naro Furniture. Naast de fysieke winkel zet hij Telegram (vergelijkbaar met WhatsApp) in om digitaal zijn meubels te promoten. Ook privé gaat het goed. Dereje is getrouwd en vader van één kind. ‘Ik heb nog altijd dezelfde regels voor spaargeld als eerst. Ik breng mijn vrije tijd vooral thuis door en ik gebruik Wifi in plaats van mobiele data.’
Heb jij te veel spullen in huis? “De impact is vaak niet zichtbaar”
Dit is een artikel van CIP (11 november 2021).
Van welke spullen in je huis weet je precies waar ze vandaan komen, wie ze gemaakt heeft of welke impact het maakproces op het milieu had? Inderdaad, waarschijnlijk bijna nergens van. Woord en Daad-projectleider Bewustwording Janneke Witzier is het gezicht van de campagne ‘Binnenstebuiten’. Ze pleit ervoor dat we als consument bewuster leren omgaan met onze spullen.
“Voor de gemiddelde Nederlander zijn het zijn spullen waar hij de meeste verborgen impact mee heeft op de schepping”, zegt Witzier. De organisatie voor ontwikkelingssamenwerking liet zich inspireren door het boek ‘Verborgen impact’ van Babette Porcelijn. Daarin beschrijft Porcelijn op welke terreinen de mens de grootste invloed heeft op het milieu. Ze geeft in haar boek veel handvatten om effectief te verduurzamen.
“Al onze spullen zijn ergens en door iemand gemaakt,”, zegt Witzier. “Dat willen we benoemen in deze campagne en er mensen bewust van maken. De impact is vaak niet goed zichtbaar. Denk aan een koelkast met een ‘A-label’. Daarbij denken wij: dat is duurzaam, we maken een goede keus. Maar voor het maakproces is er geen label. Op de plekken waar die koelkast gemaakt wordt is de milieuwetgeving niet goed geregeld. Onder de radar hebben we het vaak niet door.”
Lees hier het het hele artikel.
Hoe een bijzondere ontmoeting het leven van Tegegn en zijn familie veranderde
Een eenvoudige vraag uit belangstelling van een onbekende vrouw veranderde het leven van Tegegn Tesfaye. En op zijn beurt brengt Tegegn verandering het leven van zijn familie. De jonge Ethiopiër vertelt graag hoe zijn leven sinds 2018 is veranderd en over de dromen die hij heeft voor de toekomst.
Tegegn Tesfaye gaat in 2018 bij zijn oom in Hawassa, in het zuiden van Ethiopië, wonen. Hij wil weg van huis, om zijn teleurstelling te vergeten. Met zijn examenresultaten kon hij niet naar de universiteit. Daarmee zag Tegegn zijn dromen in scherven vallen. Bij zijn oom gaat hij aan het werk. Alles waar geld mee te verdienen is, neemt Tegegn aan.
Een bijzondere ontmoeting
Op een dag, als Tegegn aan het werken is, stapt een onbekende vrouw op hem af. Ze vraagt hem naar zijn leven. Tegegn vertelt in vogelvlucht over zijn kinderjaren. Dat hij geboren is in Sholla Kebelle, zo’n 230 kilometer bij Hawassa vandaan. Hoe zijn ouders hem een naam gaven waar hoop in doorklinkt (Tesfaye betekent hoop in de lokale taal). Dat zijn moeder overleed toen hij vier jaar oud was. Hoe zijn vader daarna worstelde om voor hem, zijn zus en twee broers te zorgen. Over het hertrouwen van zijn vader en de twee halfzusjes en vier halfbroers die geboren werden. Hoe ze met z’n twaalven leefden in een klein huis. Over de dromen die hij had toen hij naar school ging en de teleurstelling die volgde toen zijn resultaten niet goed genoeg waren om naar de universiteit te gaan. Dat hij bij zijn oom ging wonen om zijn teleurstelling te vergeten en hoe hij elk baantje dat hij kan vinden aangrijpt om geld te verdienen.
Als Tegegn stopt, ziet hij dat de vrouw huilt. Ze vertelt over haar zusje die terugkeerde uit Saoedi-Arabië en via een training van de vakschool Selam Awassa een baan vond bij een resort in de regio. De onbekende vrouw adviseert Tegegn om bij de vakschool langs te gaan en zijn verhaal te doen. Ze weet zeker dat de school hem kan helpen.
Zelfvertrouwen en hoop
Selam Awassa is één van de partners waarmee Woord en Daad samenwerkt in het EYE-programma (Employable Youth Ethiopia). Samen met een groot netwerk van partners ondersteunen we jonge Ethiopiërs om hun toekomst op te bouwen. We ondersteunen hen met trainingen in vakkennis, ondernemerschap en life skills (o.a. sociale vaardigheden, sollicitatietraining en ethiek). Tegegn besluit het erop te wagen. Op de vakschool vertelt hij zijn verhaal. ‘Ze gaven me direct toestemming om een korte training te volgen. Alle trainingskosten werden voor me betaald,’ vertelt Tegegn. ‘Na de training had ik zelfvertrouwen en hoop!’
Slapeloze nacht
Toch breekt een onzekere tijd aan. Zijn oom verhuist naar een andere stad om daar te werken. Tegegn blijft achter in Hawassa. ‘Ik was verward en onzeker over mijn toekomst.’ Tijdens een slapeloze nacht besluit hij de vakschool om hulp te vragen. ‘Ze beloofden me een baan voor me te vinden. Na een tijdje werd ik gebeld dat ze echt een baan gevonden hadden! Ik kan niet beschrijven hoe blij ik was.’
Een baan!
Tegegn krijgt een baan bij een Italiaans restaurant. Van zijn eerste salaris huurt hij een kamer en koopt hij wat huisraad. ‘Ik begon weer te dromen en plannen te maken over een vervolgstudie. Ik maakte ook plannen hoe ik het leven van mijn familie kan verbeteren, want zij kunnen niet naar school.’
Elke maand stuurt Tegegn geld naar zijn familie, die deze steun goed kunnen gebruiken. Ook legt hij geld apart voor een studie aan de universiteit en wil hij een cafetaria openen in zijn geboortedorp Sholla Kebele. Met die inkomsten hoopt hij elf familieleden te kunnen ondersteunen. ‘Ik ben God dankbaar. Hij liet me mezelf terugvinden. Hij hielp me mijn twijfels overwinnen!’
Ethiopische Aynalem werkte 13 jaar in Libanon
Het verhaal van de Ethiopische Aynalem Zerefu (32 jaar) is in veel opzichten een uitzondering. Ze migreerde naar Libanon, in tegenstelling tot veel landgenoten had zij wel een werkvisum. Waar veel landgenoten onder slechte arbeidsomstandigheden moeten werken, kwam Aynalem terecht bij een familie die haar goed behandelde. Toch keerde ze na 13 jaar terug naar Ethiopië, waar de situatie thuis, ondanks haar harde werk, nauwelijks veranderd was.
Aynalem Zerefu keerde in 2016 terug naar Ethiopië om voor haar zoon en haar moeder te zorgen. Ze had 13 jaar gewerkt in Libanon. Daar werkte ze hard bij verschillende gezinnen, maar het geld dat ze verdiende was nauwelijks genoeg om haar gezin van te onderhouden.
Werken in het buitenland
Voor veel Ethiopische jongeren lonkt het buitenland. Ze verwachten werk te vinden in Europa of het Midden-Oosten. Sommige jongeren proberen illegaal Europa of het Midden-Oosten te bereiken. Aynalem was één van de jongeren die met een werkvisum naar Libanon reisde. Nadat haar vader overleed, werd zij de kostwinner van het gezin. Ze wist een visum te bemachtigen en reisde naar het Midden-Oosten.
Ontslagen in Libanon
Ze kwam terecht bij een familie die goed voor haar zorgde. Toen haar visum afliep keerde ze terug naar Ethiopië. Ze volgde een vaktraining in decoreren van kleding. In die periode beviel ze van haar zoon. Ondanks de training en het moederschap, vroeg ze opnieuw een werkvisum aan en keerde ze terug naar Libanon. Ze hoopte daar meer te verdienen en het leven van haar familie te veranderen. Aynalem werkt als nanny voor een gezin, maar als de heer des huizes overlijdt, wordt ze ontslagen. In plaats van terug te keren naar Ethiopië huurt ze een appartement en werkt ze zoveel ze kan. In 2016 keert ze, na 13 jaar werken in Libanon, terug naar huis.
Thuis in Ethiopië
Het geld dat ze verdiende is nauwelijks genoeg, maar het lukt om een kleine kruidenierswinkel te openen. Toch besluit ze niet verder te gaan met de winkel, maar werk te zoeken waarmee ze haar leven kan verbeteren. Ze hoort over de vaktrainingen die onder het EYE-programma (Employable Youth Ethiopia) worden aangeboden.
Toekomst in Ethiopië
Samen met een groot netwerk van lokale organisaties zet Woord en Daad zich in om jongeren als Aynalem kansen te bieden in Ethiopië. We ondersteunen hen met trainingen in vakkennis, ondernemerschap en life skills (o.a. sociale vaardigheden, sollicitatietraining en ethiek). Aynalem schrijft zich in voor een training tot kleermaakster. ‘De training was erg goed en de docenten hadden verstand van zaken. Ze hielden contact met ons en moedigden ons aan om door te gaan.’
Na de training vindt ze een baan bij een Koreaans kledingbedrijf dat op één van de grote industriële parken in Ethiopië gevestigd is. Daar doet ze werkervaring op, maar zodra ze de kans krijgt, begint ze een eigen onderneming. Ze hoopt haar kleermakerij te laten groeien.
Een eigen onderneming? Maar de concurrentie dan?
Alphonsine en Flora uit Tsjaad droomden van een eigen kleermakerij, maar ze hadden de moed niet om een bedrijf te starten. De concurrentie werkte hen op hun zenuwen. Toch zijn ze nu de trotste eigenaars van Floraph’s Fashion. De enthousiaste ondernemers werden ondersteund door Job Booster Tsjaad. ‘Het is onze visie om een groot jeugdcentrum en ontwerpershuis te openen.’
Toenemend geweld in Ethiopië – Onrust in Dessie
De afgelopen dagen is de burgeroorlog in Ethiopië feller geworden. In Dessie, de stad waar ook sponsorkinderen van onze partner Hope Enterprise naar school gaan, zorgen Tigrese strijders voor veel onrust. De telefoonmast is gebombardeerd en ook het internet werkt niet. Veel gezinnen proberen momenteel het gebied te verlaten, op zoek naar veiligheid. Het is een uitdaging, maar de medewerkers van onze partnerorganisatie houden zo goed als mogelijk contact met de sponsorkinderen.
Noodtoestand afgekondigd
Vorig jaar, op 3 november 2020, vielen strijders van het TPLF (Tigray People Liberation Front) de legerbasis binnen in de noordelijke regio Tigray. Sindsdien probeert het regeringsleger de opstand de kop in te drukken, maar nu is het TPLF bezig aan een opmars richting de hoofdstad Addis Abeba. Onder andere de stad Dessie is nu dus ingenomen. De premier heeft burgers opgeroepen om tegen de Tigrese strijders te vechten. Inmiddels zijn er vele duizenden slachtoffers gevallen. Meer dan twee miljoen mensen zijn gevlucht. Er dreigt een hongersnood in het land, want de voedselprijzen stijgen flink en het is lastig om voedsel aan te voeren. In het land is de noodtoestand uitgeroepen.
De school in Dessie
Het onderwijs in Dessie is momenteel geschorst. De scholen worden momenteel gebruikt om de gevluchte gezinnen op te vangen. Het gevaar is groot: vorige week viel een groep strijders de school in Dessie binnen. Ze hebben allerlei documenten van onze partnerorganisatie gecontroleerd. Toen ze hoorden dat Hope Enterprise zich inzet voor kinderen die opgroeien in armoede zijn ze weer weg gegaan. Een grote opluchting! Als u een sponsorkind heeft op de school in Dessie informeren we u persoonlijk wanneer we nieuws hebben over uw sponsorkind.
Noodhulp
De regio Tigray zit al maanden dicht voor humanitaire hulp. Ook de andere gebieden zijn met het toenemende geweld nu moeilijk te bereiken. Tegelijkertijd doen we er alles aan om toch via onze partners steun te bieden aan ontheemde gezinnen. Wilt u daar ook aan bijdragen?
‘Ik wil jongeren een hamer geven’
Zijn ogen staan dof en zijn gezicht is door het leven getekend. In de werkplaats van Menuiserie Bon Berger ontmoeten we de 21-jarige Barka. Hij groeide op in het noorden van Tsjaad en spreekt Arabisch. In 2019 kwam hij naar de hoofdstad N’djamena, waar Frans gebruikelijk is. Die taal beheerst hij niet. ‘Ik heb de basisschool niet afgemaakt, omdat ik daar niet slim genoeg voor was,’ vertelt hij. In de werkplaats leert hij meubels maken.
Gezocht: visie, vermogen en verschilmakers
Voor een ambitieus waterproject in Oeganda zoeken wij (oud)ondernemers, familie- en vermogensfondsen die samen met ons verschil willen maken en hun visie en vermogen willen delen. Naast een substantiële financiële bijdrage vragen we partnerschap, visie en betrokkenheid.
Webinar
Wat dat inhoudt? Meld u vrijblijvend aan voor ons webinar en kom meer te weten over strategisch partnerschap met Woord en Daad.
Meer over het webinar en aanmelden: www.woordendaad.nl/webinar
Lorena: ‘Het is lastig, maar met God is niets onmogelijk’
Lorena Prada (36 jaar) heeft op het eerste oog een normaal leven. Ze is getrouwd, heeft een dochter (7 jaar) en een zoontje (7 maanden). Ze heeft een eigen schoonheidssalon en ze werkt hard om haar gezin te onderhouden. Toch is haar verhaal niet zo normaal. Haar ouders lieten haar als kind in de steek, maar God hield haar vast.
De kleine Lorena werd door haar ouders achtergelaten. Ze werd opgevangen door een organisatie die zich inzet om kwetsbare kinderen en jongeren te beschermen. ‘Ik woonde in verschillende centra in Bogotá waar ik onder andere leerde lezen, schrijven.’ Als veertienjarige komt Lorena in een centrum dat samenwerkt met Conviventia. Op de vakschool van Conviventia volgt ze de kappersopleiding. Samen met Conviventia ondersteunt Woord en Daad jongeren in Colombia met vakonderwijs en coaching bij het vinden van een baan of het starten van een onderneming.
Mensen mooi maken
‘Van alles wat ik leerde, vond ik manicure het leukst.’ De verschillende technieken spreken haar aan, maar vooral dat ze met dit werk de handen van andere mensen mooi maakt. Daarnaast volgt ze lessen ondernemerschap en burgerschap.
De coronasituatie heeft grote impact op veel gezinnen in Colombia. ‘Het is belangrijk om te blijven werken en mee te gaan met nieuwe trends in het vak, dat helpt om een inkomen te houden in moeilijke tijden. Elke dag leer ik nieuwe dingen en ik wil me blijven ontwikkelen. Het is lastig, maar met God is niets onmogelijk.’
Lorena vervolgt: ‘Hoewel ik in de steek gelaten ben door mijn vader en moeder en ik geen verdere familie heb, heb ik dankzij God telkens nieuwe mensen ontmoet die me liefde en begrip gaven. Ik neem hun adviezen altijd aan. Mijn bedrijf staat stevig en ik hoop dat mijn bedrijf kan groeien als de economie hersteld.’
Vraag gratis Kidsboekje aan en doe mee met de kleurwedstrijd
Dit jaar is het 45 jaar geleden dat het sponsorprogramma van Woord en Daad is gestart. Wat begon met toegang tot christelijk onderwijs, maaltijden en medische zorg voor één kind uit Guatemala is inmiddels uitgegroeid tot een wereldwijd programma. De afgelopen jaren konden ruim 134.000 kinderen in 18 landen naar school. Dat willen we graag vieren met onze sponsors!
Sparen om te investeren in bakkerij
Yeraldin Navarro Meneses heeft een dubbele baan. Samen met haar moeder startte ze een bakkerij, maar omdat de inkomsten nog niet genoeg zijn om van te leven, zocht Yeraldin een baan. Haar salaris is een aanvulling op het inkomen en een deel wordt apart gehouden om te investeren in de bakkerij. De twintiger vertelt over haar ambities.
‘Ik heb een passie voor dansen, maar dat is mijn hobby. Ik heb daar niet mijn werk van gemaakt,’ begint Yeraldin. Samen met haar moeder, broer en broertje woont ze in Cartagena. Twaalf jaar geleden verliet haar vader het gezin. Voor Yeraldin was dat een traumatische ervaring. Haar schoolresultaten leden onder de scheiding. Met psychologische hulp herstelt ze. ‘Op dit moment is mijn vader op afstand. Hij is niet geïnteresseerd in onze resultaten. Daardoor ben ik erg op mijn moeder gesteld.’
Universiteit
Yeraldin begon aan een universitaire opleiding, maar moest die afbreken omdat ze het collegegeld niet meer konden betalen. ‘Mijn verlangen om te leren bleef, want leren is noodzakelijk voor een betere toekomst.’ Haar moeder wijst haar op de trainingen van Conviventia, partnerorganisatie van Woord en Daad.
Samen met Conviventia ondersteunt Woord en Daad jongeren om werk te vinden of een eigen onderneming te starten. Via korte trainingen leren jongeren een vak en ondernemerschap. Daarna ondersteunen we hen om succesvol een onderneming te starten.
Bakkerstraining
Yeraldin en haar moeder volgen een training voor bakker. ‘Eén maand nadat we gestart waren met de training zijn we begonnen met ons bedrijf.’ Ze verkopen de producten op de campus en in de wijk waar ze wonen. ‘Dankzij die inkomsten, konden we wat sparen en onze eerste investering doen: een oven.’
Daarnaast volgen de jongeren een training die hen vanuit Bijbelse principes toerust en hen stimuleert om te werken aan hun toekomst. ‘De christelijke visie van Conviventia versterkte mijn geloof. Ik realiseerde me dat ik alles kan doen met de hulp van God.’
De verkopen van hun onderneming zijn nog onvoldoende, daarom besluit Yeraldin nog een training te doen die haar voorbereid op een baan. Na de training vindt ze een baan bij een bedrijf in de voedingsmiddelen. ‘Ik ben blij met deze baan. Ik kan mijn moeder helpen met ons levensonderhoud en ik kan sparen om extra investeringen te doen die nodig zijn voor onze bakkerij. Over vijf jaar zie ik mezelf, met hulp van mijn moeder, een bakkerij openen die arbeidsplaatsen creëert.’
Waardig werk voor Indiase jongeren
Slechte arbeidsomstandigheden, weinig zelfvertrouwen, krapte op de arbeidsmarkt door de gevolgen van de lockdowns; er zijn veel oorzaken waarom jongeren in India geen waardig inkomen hebben. Job Booster India helpt jongeren om een baan te vinden waarmee ze een waardig inkomen hebben. Nickson, Abvince, Sneghapriya en Raja Lakshmi vertellen over hun uitdagingen in het vinden van werk en hoe Job Booster hen hielp.
‘Dit kan de enige kans zijn voor jongeren om te leren’
‘Dank u, u hebt mijn leven veranderd.’ ‘U heeft meer voor me gedaan dan wie ook.’ Het zijn twee reacties van studenten die Sandra Rocio Ramos Moreno ontving. ‘Deze uitspraken geven betekenis aan mijn werk,’ vertelt de docente aan de vakschool in Bogotá.
Honing biedt Batwa perspectief
De Batwa zijn één van de volken die in het westen van Oeganda wonen. In de jaren ’90 werden de bossen waar ze woonden uitgeroepen tot beschermde natuurgebieden. De Batwa moesten verhuizen. Tegenwoordig wonen ze buiten de parken. Ze hebben veel kennis over bijen en het verzamelen van wilde honing. Busy Bees ondersteunt de Batwa om het bijenhouden commercieel aan te pakken. Zuivere honing levert een goed inkomen op.
‘Ik kan niet meer stilzitten’
Michel Saka hoorde via een vriend over AgriJob Booster Benin. Hij volgde een training en was zo enthousiast over wat hij geleerd had dat hij tegen zijn oma zei: ‘ik kan niet meer stilzitten. Ook al heb ik niets, ik ga tenminste mijn kracht gebruiken om dit jaar te starten in de tuinbouw. Dat is wat ik wil.’ AgriJob Booster Benin ondersteunt jongeren in Noord-Benin om in de agrarische sector aan de slag te gaan. De agrarische sector biedt veel kansen voor de jongeren om een goed inkomen te verdienen. We ondersteunen hen en stimuleren ondernemerschap via training en
Prachtige actie groep 7a en 7b Barendrecht voor Haïti
De kinderen van groep 7a en 7b van de Rehobothschool in Barendrecht hebben geld ingezameld voor Haïti. In augustus jl werd Haïti getroffen door een aardbeving. De kinderen zamelden lege flessen in, verkochten stroopwafels, snoep, fruit, chocola ed. Je kon zelfs een heerlijk diner kopen. Ook werd er een sponsorloop georganiseerd. Dit alles leverde het mooie bedrag op van € 5.610.
‘Rolmodel voor andere jonge vrouwen’
Met een brede lach rond haar mond houdt Adélaïde Mahussi Djongon de okra omhoog. De planten staan er goed bij, het is bijna tijd om te oogsten. De jonge boerin en ondernemer uit het noorden van Benin werkt hard om haar droom te verwezenlijken: beter voedselvoorziening en minder werkloosheid in de regio.
Joëlle verkoopt flamingopostzegels voor kinderen Haïti
Joëlle verkoopt flamingopostzegels voor kinderen Haïti. Joëlle: ‘Mama heeft net €34,50 overgemaakt. Dit heb ik opgehaald door ‘flamingo-postzegels’ uit de Verrekijker te verkopen op het familiefeestje van de 45-jarige bruiloft van opa en oma. Ik hoop dat u het kunt gebruiken voor kindjes in Haïti.’
Haïtiaan leeft constant in angst voor gewelddadige ontvoering
Dit is een artikel uit het Reformatorisch Dagblad (21 oktober 2021).
De ontvoering van een zeventienkoppige groep zendelingen in Haïti zaterdag is de zoveelste uiting van geweld in een land waar wetteloosheid heerst. Wie enigszins vermogend is, loopt het risico van straat geplukt te worden door criminele bendes die uit zijn op financieel gewin. Drie Haïtikenners reageren.
„Ongelofelijk dat deze mensen naar Port-au-Prince zijn gekomen, terwijl de helft van de Haïtiaanse hoofdstad in handen is van gewapende bendes”, zegt Johan Smoorenburg. Hij richtte in 1982 de hulporganisatie Hart voor Haïti op en is al veertig jaar werkzaam in het land. „Die missionarissen zijn echt naar het hol van de leeuw gekomen, met vrouwen en kinderen; niemand begrijpt dat ze dat hebben gewaagd.” Zelf ontvangt Smoorenburg al een jaar geen Nederlandse bezoekers. „Het risico dat ze in gevaar komen, is te groot. Ik wil die verantwoordelijkheid niet dragen.”
Beeld AFP, Richard Pierrin
Bubbelpuzzel – Column Rina Molenaar
Dit is een artikel uit het Reformatorisch Dagblad (19 oktober 2021).
De afgelopen anderhalf jaar waren de wereldwijde online contacten verrijkend.
Het hielp me om de blik naar buiten te houden en de Nederlandse context te relativeren.
Het voorkwam dat ik in de Nederlandse bubbel zou blijven hangen en het wereldwijde perspectief uit het oog verloor. Althans, dat dacht ik…
Vanuit de warmte in Burkina Faso, met de toeterende auto’s die langs me razen en de ondergaande zon die met een gloedrode glans op mijn laptopscherm schijnt, moet ik bekennen: ik zat wel in de Nederlandse bubbel. Ik kom tot dat besef als ik reflecteer op m’n dag vol ontmoetingen en tegelijk de Nederlandse nieuwssites doorneem. Tijdens mijn verblijf in Burkina Faso word ik geconfronteerd met een puzzel die met de dag complexer wordt.
De Nederlandse bubbel spatte al wat uiteen voor vertrek. Voor een Afrika-reis heb je een negatieve testuitslag nodig, gevaccineerd of niet. In sommige landen moet je voorafgaand aan de reis een flink bedrag betalen voor een test die ze direct bij aankomst afnemen.
De test-business tiert welig in Afrika.
Na aankomst in Burkina Faso lees ik op de nieuwssites dat de coronapas in Nederland voorlopig gehandhaafd blijft. Wat je er ook van vindt: Afrika kom je er niet mee binnen.
De eerste vergaderdag in Burkina Faso start.
Tijdens een koffiepauze is vaccineren het onderwerp van gesprek.
‘Ben jij gevaccineerd?’, vragen ze me op de vrouw af.
Het antwoord wacht men niet af, een emotionele discussie barst los.
‘Het is voor ons bevreemdend het wereldwijde nieuws te volgen’, zegt Florentine, de coördinator van het netwerk in West-Afrika waar we mee samenwerken.
‘In wat voor wereld leven we? Weten mensen wel dat malaria hier nog steeds een van de grootste doodsoorzaken is? Vooral zwangere vrouwen en jonge kinderen vormen een groot risico.’ Florentine kan er niet over uit: ‘Waarom moet de hele wereld eerst corona krijgen voordat met haast maakt met een malariavaccin?’
De vraag blijft in de lucht hangen.
Waar in Nederland gediscussieerd wordt over de noodzaak van een derde coronaprik, hopen ze in Afrika op het terugdringen van sterfte door malaria.
Op zondag wordt in de kerkdienst het schooljaar geopend met dans, muziek en gerichte gebeden voor de minister, leerkrachten en studenten. De dominee preekt over Daniel die aan het koninklijke hof het aangepaste koninklijke dieet weigerde. Hij moedigt jongeren aan, zoals Daniel, niet zomaar gedachteloos het eten tot je te nemen. ‘Je buik kan een god worden. Bedenk bij elk stuk vlees dat je eet, dat er een dier wordt geslacht.’ De oproep verbaast me: ‘Waarom spreekt u juist deze jongeren, die al niet veel hebben, zo toe?’ vraag ik de predikant.
‘Allerlei gevaren liggen hier in de stad op de loer. Daarom roep ik op tot een sober en bewust leven’, antwoordt hij. Het Nederlandse nieuws meldt me: ‘Nederlanders op de vierde plek van de rijkste burgers.’ De oproep van deze Burkinese predikant zou in Nederland bewustwording op gang kunnen brengen van de gedachteloze keuzes die we vaak maken.
Net voor vertrek uit Burkina Faso bezoek ik de Minister van Onderwijs die vertelt over de grote uitdagingen van zijn land. ‘Ik wil de kwaliteit van het onderwijs verbeteren, heb mezelf hoge doelen gesteld, maar terreur werkt verlammend. Scholen sluiten noodgedwongen en op veilige plaatsen stromen klassen vol met kinderen van vluchtelingen. We moeten als maatschappelijk middenveld en overheid de krachten bundelen. Terug in m’n gastenverblijf lees ik over de ophef die Nederland is ontstaan over de schijnbaar betwiste onafhankelijkheid van uitgeverijen ten aanzien van de wensen van christelijke scholen.
Burkina Faso haalde me uit de Nederlandse bubbel. De confrontatie met Afrika laat elke dag de steeds complexer wordende puzzel zien.
De eerste puzzelstukjes heb ik.
Laten we het nieuws lezen met een wereldwijde bril en het vandaaruit op waarde schatten.
Laten we met mondiale visie onze politieke agenda opstellen en daarbinnen onze prioriteiten stellen.
Laten we met de kwetsbare naaste op ons netvlies ons oordeel vormen en zo onze keuzes maken.
Daarmee is de puzzel nog niet compleet maar worden de contouren zichtbaar.
Iedereen die nog een puzzelstukje kan aanreiken moedig ik aan dit te doen!
De auteur is directeur-bestuurder bij Woord en Daad.
Beeld AFP, Brian Ongoro
© Woord en Daad | Privacy statement | Disclaimer





























